‘If I have any luck, I think I may beat
old Mac's [James McCudden] fifty seven victories.
Then I shall try and oust old Richthofen...’ Edward
Mannock
Voor heroïsche luchtacties tijdens de Eerste
Wereldoorlog werd ‘slechts’ 19 maal het Victoria Cross
toegekend. Eén van deze ontvangers was Majoor Edward
‘Mick’ Mannock VC.
Hij is weliswaar niet zo bekend als Albert Ball VC of de
Duitse piloot Manfred von Richthofen, maar hij was wel
een van dé topazen van het Britse Royal Flying Corps
tijdens deze oorlog. Hij werd na zijn dood postuum
onderscheiden met het Victoria Cross en was volgens
velen de beste patrouilleleider ooit in de Britse
luchtvaartdienst.
Edward, ‘Mick’ zoals hij later werd genoemd, Mannock
werd geboren op 24 mei 1887 in het Ierse Ballincollig te
Cork en was één van de drie kinderen van Julia en Edward
Mannock, die diende in het 2/Dragoons, Royal Scots Greys.
De familie verhuisde hierdoor van de ene garnizoenstad
naar de andere, waaronder een zesjarig verblijf in
India.
Niet lang na zijn terugkeer van de Boerenoorlog werd
Edwards vader uit het leger ontslagen. Hij was niet in
staat zich aan te passen en ander werk te vinden, raakte
aan de drank en liet zijn gezin in de steek met
medeneming van het weinige spaargeld dat het gezin had.
Edward was hierdoor genoodzaakt de school te verlaten en
werk te zoeken als knecht bij de plaatselijke
kruidenier. Dat werk was zwaar en werd slecht betaald.
Niet lang daarna vond hij werk als hulp bij een barbier.
In 1911 ging hij bij zijn broer werken, die werkzaam was
bij the National Telephone Company in Wellingborough.
Hij betrok daar een kamer bij de familie Eyles en werd
haast een zoon voor dit echtpaar. Hier ging hij zich ook
ontwikkelen en genieten van ‘de dingen des levens’.
Begin 1914 vertrok Edward naar het Turkse Constantinopel.
De reis was een gok omdat hij ‘Good old England’ had
verlaten zonder de belofte van een baan in den vreemde.
Toen Turkije na het uitbreken van de oorlog de kant van
Duitsland koos, werd Edward gearresteerd en opgesloten.
Het was tijdens deze verschrikkelijke periode dat zijn
haat jegens de Duitsers enorm toenam. Tijdens zijn
verblijf in de Turkse cel konden de overige gevangenen
hem vaak ‘Damn the sodding Huns, bloody Huns’ horen
gillen. Hij wist niet dat hij onbewust hiermee ook het
moraal van de mede-celgenoten hoog hield.
Op 1 april 1915, na een vreselijke periode van
gevangenschap en mishandelingen, mocht Edward vanwege
zijn slechte gezondheid naar Engeland terugkeren. Na een
herstelperiode nam hij dienst in het Royal Medical Army
Corps en bereikte daar al snel de rang van sergeant.
Hij voelde zich echter niet gelukkig en nuttig en
probeerde overgeplaatst te worden naar the Royal
Engineers ‘so I can blow the bastards up’. Zijn verzoek
werd ingewilligd en in april 1916 moest hij zich melden
bij the Cadet Depot of the Royal Engineers in Fanny
Stratford. Maar óók hier voelde hij zich niet gelukkig.
Met een leeftijd van bijna 30 jaar was hij veel ouder
dan de andere cadetten en hij wond zich regelmatig op
over het gedrag van zijn medeklasgenoten. Velen van hen
vonden het veel belangrijker om zich in een mooi uniform
te hijsen en indruk te maken op het vrouwelijk schoon
ter plaatse dan zich voor te bereiden op een leven in de
loopgraven.
Tijdens een verlof liep hij heel toevallig een oude
vriend, Eric Tomkins, tegen het lijf die op dat moment
diende bij het Royal Flying Corps. De vrienden kletsten
wat bij en Mick luisterde heel aandachtig naar het
spannende leven dat zijn vriend bij het RFC leidde.
Het is inmiddels juli 1916 en de Britse kranten staan
vol van de successen van één van Engeland’s beste
piloten ooit, Albert Ball VC. Edwards besluit staat nu
vast en hij vraagt meteen overplaatsing naar het RFC.
Ondanks zijn nogal gevorderde leeftijd en zijn matige
gezondheid, overgehouden aan zijn periode in Turkije,
weet hij de keuring door te komen en op 14 augustus 1916
betreedt in de No.1 School of Military Aeronautics te
Reading. Het is ook hier dat hij zijn bijnaam ‘Mick’
krijgt.
In Reading leert hij de grondbeginselen van het vliegen,
de techniek van de vliegtuigen en de geheimen van het
schieten. Verdere opleidingen krijgt hij in Hendon, waar
hij op 28 november 1916 slaagt voor zijn examen (no.
3895), in Hounslow en in Hythe. Het laatste deel van
zijn opleiding krijgt hij bij het 10e Reserve Squadron
in Joyce Green, waar hij een piloot leert kennen die
zowel zijn vriend áls zijn mentor zou gaan worden,
namelijk Majoor James McCudden VC.
Na zijn opleiding vertrekt Mick naar Noord Frankrijk en
op 6 april 1917 meldt hij zich bij het no.40 Squadron in
Treizennes. Op de piloten van dit squadron maakt hij in
eerste instantie geen indruk en zijn eerste patrouilles
lijken te wijzen op grootspraak en een misplaatst
zelfvertrouwen. Dit veranderde toen hij op spectaculaire
wijze zijn Nieuport 17 vliegtuig veilig aan de grond
wist te zetten nadat een van de ondervleugels tijdens de
vlucht was losgeraakt.
Na verloop van tijd werd hij in het Squadron
geaccepteerd. Op 7 juni 1917 boekte hij zijn eerste
luchtoverwinning door een Albatros D.III net te noorden
van Lille neer te halen. Hij komt zelf niet helemaal
ongeschonden uit dit luchtgevecht, want enkele dagen
later wordt hij met ernstige oogpijn opgenomen in een
ziekenhuis. Bij de daaropvolgende operatie worden er
enkele metaaldeeltjes uit zijn linkeroog verwijderd en
na drie dagen herstel wordt hij met verlof terug naar
Engeland gestuurd.
Op 2 juli meldt Mick zich weer bij zijn eenheid in
Frankrijk. In de weken daarop ontwikkelt hij zich heel
snel tot een volwaardige piloot en haalt menig
vijandelijk toestel neer. Op 22 juli 1917 word hem het
Military Cross (MC) toegekend en volgt zijn promotie tot
kapitein en Flight Commander.
Zijn eervolle vermelding voor het Military Cross luidt
als volgt:
|
‘T./2nd Lt. Edward Mannock, R.E. and
R.F.C. For conspicuous gallantry and devotion to
duty. In the course of many combats he has driven
off a large number of enemy machines, and has forced
down three balloons, showing a very fine offensive
spirit and great fearlessness in attacking the enemy
at close range and low altitudes under heavy fire
from the ground.’ |
Enkele maanden later neemt Mick afscheid
van No.40 Squadron. Bij zijn vertrek wordt hij
toegejuicht door de officieren en vormen de mecaniciens
een erehaag bij zijn auto. In de tussenliggende periode
had hij overigens ook nog een Bar op zijn Military Cross
weten te bemachtigen.
In februari 1918 meldt Mannock zich in London bij het
No.74 Squadron, die uitgerust zijn met de SE5a en druk
bezig zijn met het oog op dienst boven het vasteland.
Mick brengt zijn met harde strijd opgedane ervaring van
No.40 Squadron met zich mee en wordt ook hier tot Flight
Commander aangesteld.
Op 30 maart 1918 vliegt No.74 Squadron over naar
Frankrijk waar de eenheid de tenten opslaat in St. Omer.
Enkele dagen later vliegt de eenheid naar hun
definitieve basis in Clairmarais. Drie dagen na aankomst
haalt Mick het eerste Duitse toestel met zijn nieuwe
eskader neer en z’n score steeg daarna gestaag.
Alleen al in de maand mei claimt Mannock 24
overwinningen, waarvoor hij werd onderscheiden met het
Distinguished Service Order (DSO) die op 8 juni gevolgd
wordt met een Bar.
Half juni 1918 wordt Mick teruggeroepen naar Engeland om
er op 3 juli 1918 bevorderd te worden tot majoor en twee
dagen later wordt hij aangesteld om het commando van
No.85 Squadron van Billy Bishop VC over te nemen.
Op 26 juli 1918 stijgt Mick Mannock op van No.85
Squadron basis in St. Omer, vergezeld door het groentje
in het squadron, Donald Inglis. Op lage hoogte achter de
vijandelijke linies weten ze een Duitse tweezitter te
verschalken. Mannock vuurt eerst, waarna Inglis de
genadeslag mag geven.
Hierna vliegen beide piloten laag over de Duitse
loopgraven en komen daarbij in een hagel van
mitrailleur- en geweervuur terecht. Inglis, die heel
dicht achter zijn leider vliegt, ziet plotseling hoe
vlammen uit Mannocks motor komen. Terwijl het vuur zich
uitbreidt, helt het vliegtuig langzaam over en duikt het
in de grond.
Inglis wordt op zijn beurt zwaar getroffen door
grondvuur, maar slaagt er toch in zijn toestel naar de
eigen linies terug te voeren. Mannock wordt door de
Duitsers begraven, maar bij latere gevechten verdwijnt
het graf.
 |
Impressie van Mannock’s laatste luchtgevecht boven Noord
Frankrijk |
Na de oorlog wordt door vele vrienden van Mannock lange
tijd campagne gevoerd met het doel hem te onderscheiden
met het Victoria Cross voor zijn inzet, leider-schap en
heroïsche optreden tijdens vele luchtgevechten.
Uiteindelijk wordt Mannock, na lobbywerk bij de nieuwe
minister van Luchtvaart Winston Churchill, postuum
onderscheiden met deze dapperheidonderscheiding.
Mannocks verlies was een enorme slag, want iedereen in
het squadron droeg hem op handen en ieder die hem kende
was diep onder de indruk. Zijn grootste angst was
brandend neer te storten. Maar al vermoedde hij dat hij
de oorlog niet zou overleven, hij zette zichzelf onder
druk om door te gaan.
Het ziet er overigens naar uit dat Mannock VC niet
levend is verbrand tijdens zijn laatste vlucht. Een
verklaring hiervoor kan zijn dat hij tijdens het
neerstorten uit het vliegtuig is gesprongen óf eruit is
gevallen. Vanuit Duitsland werd later een anoniem
postpakket ontvangen met daarin het notitieboekje, de
revolver en het identificatieplaatje van Mannock VC. En
dit alles was vrij goede staat, zonder enige
brandplekken.
Jim Eyles, de man bij wie hij vóór de oorlog lange tijd
woonde, heeft jarenlang tevergeefs gepoogd het graf van
zijn ‘zoon’ te localiseren. Het enige wat de Imperial
War Graves Commission hem kon meedelen was het feit dat
Mannock VC op 26 juli 1918 was omgekomen. Na recent
onderzoek zijn er echter sterke vermoedens dat Edward
Mannock VC is begraven in Laventie British Military
Cemetery en wel in graf III F12. Op de grafsteen is
slechts te lezen: ‘A British Airman.’
Er zijn overigens nogal wat discussies geweest over het
aantal behaalde overwinningen van deze held. Tot op de
dag van vandaag is men het niet eens kunnen worden. Feit
is evenwel dat dit vele tientallen zijn geweest en dat
‘Mick’ Mannock VC één van de topazen van de Britse
luchtmacht was.
Zijn naam wordt herdacht op het Arras Flying Services
Memorial, (to the Missing Airmen) in Frankrijk. Het
Victoria Cross werd door de Britse koning George V
overhandigd aan Mick’s vader, Edward Mannock. Al zijn
onderscheidingen zijn nu in handen van de bekende
VC-verzamelaar Lord Michael Ashcroft. |