vorige pagina | inhoudsopgave | volgende pagina


  Het centrum van de strijd  

 

De Chemin des Dames
Vanaf september 1914 tot 15 april 1917 liggen de Franse linies tegen de zuidelijke hellingen van de Eperon de Troyon en op het plateau, parallel aan de Chemin des Dames, maar zo’n 400 tot 600 m ten zuiden ervan.

Omgeving Eperon de Troyon 

Het 20e Legerkorps, belast met de verovering van de kam van de Chemin des Dames, opent de aanval op haar beurt in de vroege ochtend van de 16e april. Hevig vuur komt de aanvalstroepen tegemoet en zij lijden al direct gruwelijke verliezen. Toch slagen zij erin de laatste meters naar de kam te overbruggen en zich een positie te verschaffen op en bij de weg. Vanuit een zwaar versterkt bolwerk, de suikerfabriek van Cerny-en-Laonnois, bestrijken de Duitsers de gehele voorliggende omgeving en de Fransen worden op de plaats vastgepind.

Florian Parmentier, in zijn boek “L’Ouragan”- de orkaan: 
“We begrijpen het niet meteen. De mannen vallen nog voordat zij kunnen wegkruipen. Het is zó onwerkelijk! Onder het vuur van de artillerie hebben de Duitsers hun mitrailleurs geïnstalleerd in de granaattrechters. Het einde van de oorlog leek te zijn begonnen en zou niet veraf zijn. Maar dan komt een order: “aanval met de bajonet op die mitrailleurs, de granaatwerpers voorop!” Vijf keer vallen we aan; vijf keer worden we neergeslagen door het verscheurende vuur. De gewonden schreeuwen: “naar mij!” Er is echter geen verzorging mogelijk. Aan verzorging valt niet te denken! “Naar mij!” Is het een klacht? Een verzoek? Een belediging? Iedere levende ziel slaakt nu ook de hartenkreet: “naar mij!” Het enige antwoord komt van de ratel der mitrailleurs.”

Holle weg bij Courtecon weer in handen van de Duitsers

Nieuwe bombardementen op 17 april leiden een hernieuwde aanval op het verdedigingswerk in en, na opnieuw een hoge prijs aan doden en gewonden, wordt het steunpunt ingenomen. De Fransen zijn echter uitgeput en kunnen zich slechts met moeite vastklampen aan de veroverde stellingen. De Duitsers hebben zich sneller hersteld dan de Fransen en op 19 april doen zij een vastberaden tegenaanval, vegen de Fransen van de kam en nemen hun oude stellingen in. Dan volgt een bloedige periode van aanval en tegenaanval zonder wezenlijk resultaat; op 5 mei loopt de Franse linie dan eindelijk door de zielige steenhopen van Cerny-en-Laonnois en langs de noordkant van het plateau. Maar de Duitsers weigeren zich terug te trekken van de noordelijke hellingen. Hierdoor behouden zij de ingangen van talrijke tunnels in hun bezit, die uitmonden in en achter de Franse linies, wat weer tot hevige gevechten leidt. Bovendien blijven de tunnels door de Duitsers gebruikt worden als uitstekende wapenopslagplaatsen en verzamelpunten voor tegenaanvallen.

Diverse malen proberen de Fransen de linies voorbij de ingangen van de tunnels te krijgen. De Duitsers behouden hier echter het initiatief; zij lanceren eind juni een serie tegenaanvallen en worden weer teruggeworpen, totdat de strijd in deze sector uiteindelijk luwt. Het westelijk front in optima forma.

L’Abbaye de Vauclerc en de Ferme d’Hurtebise
Tegenover het aanvallende 2e Koloniale Korps, de rechterflank van Mangin’s 6e Leger, staat de 12e eeuwse ruine van de abdij van Vauclerc. Zo’n anderhalve kilometer ten zuiden hiervan bevindt zich, vlak aan de Chemin des Dames, de boerderij van Hurtebise, welke naam zoveel betekent als “wervelende noordoostenwind”. Wanneer men vanuit Hurtebise de blik op het noorden richt, kijkt men in de vallei van de Ailette. Het gedeelte van het dal tot aan de abdij wordt de Trou de la Demoiselle genoemd. Iets ten noorden van Vauclerc ligt het dorp Bouconville, gedomineerd door het Chateau de la Bove. Dit kasteel werd overigens op 15 april verwoest door 150 granaten van 370 mm, naar men zegt afgevuurd door een Franse batterij onder commando van de voormalige kasteelheer… 

In april 1917 loopt de Franse linie langs de noordkant van het dorp Oulches, tegenover Hurtebise. Hier bevindt zich dan tevens de scheidslijn tussen het 5e en 6e Leger, waarvan de rechterflank wordt gevormd door de 10e Koloniale divisie (Generaal Marchand) van het 2e Corps d’Armée Coloniale. Op de eerste dag van de aanval zal deze divisie de eerste linie van de Duitsers moeten innemen. Deze eerste linie bestrijkt het gehele plateau, in een wirwar van loopgraven tussen het monument van 1814 en de boerderij, en met talrijke groeves waaronder de befaamde Caverne du Dragon, ofwel de Drachenhöhle.

Kaart omgeving Hurtebise en Vauclerc

De Fransen stelden zich voor om, door de gezamenlijke stormloop van het 1e Legerkorps en het 2e Koloniale Korps, Hurtebise en het plateau van Vauclerc te overspoelen. Nadat de eerste Duitse linie genomen is moeten de aanvalstroepen afdalen in de vallei van de Ailette en zich richten op de tweede linie, aan de noordkant van de vallei en bij het Chateau de la Bove. Op dezelfde dag nog zal de derde linie, op de dominerende hoogten vóór de vlakte van Laon, moeten worden bereikt. Op 17 april zou de doorbraak dan een feit moeten zijn en kan de cavalerie op glorieuze wijze de vlakte van Laon instromen.

Een stormachtige wind, nevelig weer, striemende regen en natte sneeuw verstoren de artilleriebarrage, met name doordat de waarneming vanuit de verkenningsvliegtuigen en kabelballons praktisch onmogelijk is. De aanvalstroepen, speciaal de Senegalezen, leiden sterk onder deze ijzige omstandigheden en velen worden al vóór de aanval afgevoerd met bevroren voeten. Verkenningspatrouilles betreden omzichtig het niemandsland en treffen de eerste loopgraven verlaten aan. Verderop ondervinden zij echter hevig vuur, zodat de toestand van de tweede linie niet verder verkend kan worden.

Dan eindelijk, tijdens het mistige ochtendgloren van de 16e april, stormen de Marrouins, Senegalezen en Marokkanen van de 10e Koloniale Divisie naar voren, achter de vuurwals die het plateau ranselt. De eerste linie en de kam van de Chemin des Dames worden zonder al te grote verliezen bereikt. Een compagnie Marokkaanse tirailleurs, die juist de hellingen van het plateau achter zich liet, werpt zich op de knieën en heft het gebed tot Allah aan…

Op dat moment houdt de Duitse artillerie haar vuur nog grotendeels in en de opmars wordt hervat. De troepen hebben drie levendige verlofdagen achter de rug, in het vooruitzicht van een zekere overwinning. Door het modderige, zwaar geteisterde terrein en de volgelopen granaattrechters vorderen zij echter, ondanks het algemene enthousiasme, veel te traag. Op de vooraf vastgestelde tijdstippen schuift de vuurwals naar voren. De eerste aanvalsgolven kunnen het beschermende gordijnvuur niet bijhouden en de situatie wordt gaandeweg hachelijker.

Franse troepen in granaattrechter tijdens de aanval

Het 53e Koloniale Regiment passeert, het vertrouwen nog ongeschonden, het monument van Hurtebise en begint, onder zwak Duits mitrailleurvuur, de helling naar de Ailette af te dalen. Op dat moment barsten de mitrailleurs in de tweede linie los in een ondoordringbare gesel van kruisvuur. De Duitser hebben gedisciplineerd de vuurwals over zich heen laten gaan, zijn uit hun holen gekropen en kunnen nu naar hartelust hun vuur in de langzaam oprukkende aanvalsgolven pompen. De mitrailleurs veroorzaken verschrikkelijke verliezen, met name onder de officieren, en de infanterie zoekt spaarzame bescherming in de trechters of kruipt terug naar de eerste linie.

De in wanorde terugtrekkende restanten van de eerste golf worden weldra vergezeld door de opvolgende ondersteuningstroepen, die op het vastgestelde uur naar de gevechtszone zijn vertrokken. De chaos in de eerste linie wordt hiermee echter slechts vergroot en, in minder dan een uur, is de aanval op het plateau verlamd en aan weerszijden van de boerderij tot stilstand gekomen. Alle drie regimentscommandanten van de divisie zijn inmiddels gedood.

Elke poging om de aanval vanuit de boerderij weer vlot te trekken loopt vast in een steeds hardnekkiger Duitse verdediging. De Duitse reserves hebben in hun goed beschermde, ondergrondse onderkomens praktisch niet geleden onder het bombardement en zij bevolken nu de loopgraven van de tweede linie, onneembaar voor de Fransen.

Een serie van afzonderlijke gevechten vindt plaats op de volgende dagen. De 10e Divisie behoudt het veroverde gebied en slaat de meeste Duitse tegenaanvallen met succes af, ofschoon de Duitsers er toch enkele malen wél in slagen om in de verbindingsloopgraven door te dringen. Slechts met forse verliezen kunnen zij hier weer uitgegooid worden. Het verwoeste plateau, direct achter de veroverde eerste linie, is inmiddels een woestenij. De loopgraven zijn herschapen in een zuigende modderbrij en elke majeure beweging is onmogelijk.

“En onder deze catastrofale omstandigheden komt Prosper Jean-Baptiste Huet aan het front. Op diens weg komt hij onvermijdelijk de gewonden op brancards tegen, de doden, opgestapeld op de door paarden getrokken wagens en degenen die het inferno overleefd hebben. Met lege ogen, zonder enig gevoel, lopen zij langs de weg waarlangs zij de vorige dagen waren gegaan en waar zoveel van hun kameraden gesneuveld waren…”

In de nacht van 18 op 19 april wordt de uitgeputte 10e Divisie afgelost door troepen van het 11e Legerkorps. Op de 19e worden deze troepen direct al naar voren gejaagd, waar zij er ten noorden van Hurtebise wonderwel in slagen om in de Duitse loopgraven te infiltreren en 500 gevangenen te maken. Het offensief is echter ook hier geheel vastgelopen en ontaard in op zichzelf staande, zinloze gevechten rondom de puinhopen van de boerderij. Na de aanval van 5 mei, wat de Fransen op het hele plateau tot bij de observatiepunten op de noordelijke hellingen brengt, starten de Duitsers een serie felle tegenaanvallen, wat de Fransen in de komende maanden weer van een deel van de dominante punten zal beroven.

De Caverne du Dragon
Onder het plateau, iets ten westen van het kruispunt van Hurtebise, strekt zich het formidabele grottencomplex van de Caverne du Dragon uit. Op 25 januari 1915, nadat zij de Ferme d’Hurtebise hebben ingenomen, bezetten de Duitsers tevens de steengroeve en noemen haar de “Drachenhöhle”. Van noord naar zuid lopen de gangen onder de Chemin des Dames door, en herbergen een scala van voedselopslagplaatsen, munitievoorraden, hospitalen met complete operatiezalen en zelfs een van kruizen voorziene begraafplaats. Ventilatoren zorgen voor de luchtverversing in de lange, elektrisch verlichte galerijen.

Kaart omgeving Du Dragon

Op 16 april slagen de Fransen erin de zuidelijke ingang te nemen en zij dringen tot diep in de grotten door. De Duitsers verweren zich echter hevig, blokkeren de ondergrondse galerijen en houden de noordelijke ingangen vast in handen. Pas op 25 juni zullen twee compagnieën van het 152e regiment de Duitsers hiervan kunnen verdrijven. De volgende dag nemen de Duitsers dan weer bloedig revanche en andermaal wisselt de noordingang van eigenaar…

vorige pagina | inhoudsopgave | volgende pagina