Lexicon van historische misverstanden
De Duitse historicus Jörg Meidenbauer publiceerde in
2004 een boek dat in het Nederlands vertaald werd als
‘Lexicon van historische misverstanden’, uitgegeven door
Uitgeverij Bert Bakker (ISBN: 90 351 2833 8). Met als
ondertitel ‘Vooroordelen en misverstanden van Alexander
de Grote tot Zeus’.
Op het titelblad staat een citaat van de beroemde Duitse
historicus Theodor Mommsen die luidt: ‘De fantasie is
niet alleen grondslag van alle poëzie maar ook van alle
historie’. De openingszin van Meidenbauers boek zet de
toon: ‘Vanaf het begin van de geschiedschrijving staat
deze vol vergissingen, legendes, leugens en verdraaiing
van feiten’.
Het boek bestaat uit korte stukken van ongeveer een
pagina lang en de onderwerpen zijn alfabetisch van A tot
Z gerangschikt. Het is best een vermakelijk boek om in
te bladeren en hier en daar over een onderwerp te lezen.
Maar er kleven ook grote bezwaren aan als op een pagina
ingegaan wordt op een onderwerp waar een historicus
jarenlang onderzoek naar kan doen in de hoop er een
afgewogen oordeel over te kunnen vellen zoals over de
Duitse Dolksteeklegende.
Bovendien stelt een historicus zich wel erg kwetsbaar op
als hij meent maar even alle historische misverstanden
uit de weg te ruimen. Als het dan ook nog over tal van
verschillende onderwerpen gaat variërend van de
kaassoort Camembert tot aan Napoleon en van de Magna
Charta tot de Volkswagen, dan moet men wel heel erg
belezen zijn om niet opnieuw misverstanden te creëren.
Dat laatste is duidelijk het geval over het onderwerp
gifgas. Het misverstand waar afgerekend mee moet worden
is de vraag of gifgas voor het eerst in de Eerste
Wereldoorlog werd gebruikt. In het betoog wordt het
volgende gesteld:
|
‘Omdat ze in de Eerste Wereldoorlog voor het eerst
massaal zijn gebruikt, heeft alom het idee postgevat
dat gifgas speciaal voor deze oorlog is ontwikkeld.
En dat terwijl de Chinezen al veel eerder naar
dergelijke wapens grepen, namelijk in de vierde
eeuw. Met blaastoestellen dreven ze de rook van
mosterdgas naar hun vijanden. Dit penetrante, zeer
gevaarlijk op de huid inwerkende gifgas lijkt op het
strijdgas dat in de Eerste Wereldoorlog duizenden
soldaten het licht in de ogen kostte. In de
concentratie die de Chinezen gebruikten, zo wordt
gesteld, zou het de vijandelijke soldaten ‘alleen
maar’ bewusteloos hebben gemaakt.’ |
Het eerste gebruik van gifgassen
Het weergeven van het woord mosterdgas in ‘bold’ in
bovenstaand citaat is van mijn hand. Kennelijk heeft
Meidenbauer ergens iets gelezen, gezien het gehanteerde
‘zo wordt gesteld’. Het is dan ook jammer dat er geen
bron wordt vermeld. Vermoedelijk komt de
veronderstelling uit het boek ‘Kultur im Alten China’.
Daarin staat de volgende zin:
|
‘Betäubender Rauch aus Senfgas wurde im 4 Jh. U.
Zeit unter Verwendung
von Gasbläsen in der
Kriegführung gegen angreifende Truppen
eingesezt.’1) |
Ja, Meidenbauer heeft gelijk als hij poneert dat er lang
voor de Eerste Wereldoorlog al gebruik is gemaakt van
chemische en biologische middelen tijdens de vele
oorlogen en conflicten die de mensheid heeft
uitgevochten. Rook van brandend materiaal kan sterke
irritatie opwekken en wanneer materialen zoals het
natuurlijk voorkomend zwavel worden verbrand levert dit
het giftige zwaveldioxide. Dat was het gifgas waar het
Nederlandse leger in de Eerste Wereldoorlog voor koos
toen het op zoek was naar een chemisch wapen.
Er zijn bronnen dat de Grieken al 400 jaar voor Christus
zwavel verbranden. Dus 800 jaar voor de Chinezen. Er
bestaan historische overzichten waarin al dit vermeend
gebruik van chemische en biologische middelen netjes op
een rijtje wordt gezet.2)Ook
arseen bevattende rook wordt genoemd. Arseenoxide is een
alom bekend gif, ook wel rattenkruit genoemd.
Sinds 1915 loopt de discussie of het gebruik van
traangasgranaten in september 1914 door de Franse
militairen nu het eerste gebruik van gifgas was tijdens
de Eerste Wereldoorlog. Feit blijft dat er op 22 april
1915 toen de Duitsers 150 ton chloor bij Ieper loslieten
sprake was van een totaal nieuwe situatie.
Er was voor het eerst een chemisch wapen ontwikkeld dat
op grote schaal werd ingezet om een doorbraak in de
loopgravenoorlog te bewerkstelligen. Niet zo maar wat
rook of giftige damp tijdens een gevecht naar een
tegenstander blazen, of een paar traangasgranaten
gooien, maar 150 ton chloor verspreiden.
Speciaal voor de gevechten in april 1915 op industriële
wijze aangemaakt en verpakt in 6.000 cilinders. Deze
chemische oorlogvoering escaleerde zodanig dat er in
1918 miljoenen gifgasgranaten, o.a. gevuld met
mosterdgas, werden afgevuurd door de strijdende
partijen.
Mosterdgas al gebruikt in de vierde eeuw?
Hebben de Chinezen in de vierde eeuw al mosterdgas
gebruikt? De stand van de Chinese wetenschap mag in de
vierde eeuw hoger zijn geweest dan die in onze lage
landen bij de zee, maar er waren geen chemici die konden
synthetiseren.
Mosterdgas is geen natuurlijk product en heeft ook niets
te maken met de ingrediënten die in mosterdzaad zitten.
Het is alleen mosterdgas genoemd omdat zijn ontdekker,
de Britse chemicus Frederick Guthrie, rond 1850 van het
product proefde en het als volgt omschreef: ‘Het heeft
een doordringende maar niet onaangename geur, gelijkend
op die van mosterdolie. Het smaakt ongeveer als
knoflook.’3)
De Belgische en Franse benaming ‘Yperite’ voorkomt de
associatie met het natuurlijke product mosterd. De
toxicologische werking van mosterdgas is uitgebreid
onderzocht en het veroorzaakt geen bewusteloosheid in
lage concentraties. Het heeft in lage concentraties
effect op de ogen, met als resultaat tijdelijke
blindheid.
De meeste slachtoffers verloren niet blijvend ‘het licht
in de ogen’. Een van de bekendste gevallen tijdens de
Eerste Wereldoorlog was Adolf Hitler die volledig
herstelde. In zijn medisch dossier uit 1936 wordt
althans niets vermeld over problemen met de ogen.4)
Mosterdgas is een synthetisch product dat niet zo
eenvoudig te maken is. Het kostte de geallieerden in de
Eerste Wereldoorlog ongeveer een jaar voordat ze het
middel op industriële wijze konden produceren. De
Chinezen zouden hun tijd wel heel erg vooruit zijn
geweest als ze dat konden. Ja, ze hebben rond het jaar
1000 van de westerse jaartelling het buskruit
uitgevonden.
Ook niet onbelangrijk in de ontwikkeling van wapentuig.
Maar dat vereiste geen chemische synthese omdat buskruit
bestaat uit een mengsel van min of meer in de natuur
voorkomende bestanddelen namelijk zwavel, houtskool en
salpeter. Men hoefde die alleen maar in de juiste
verhouding te mengen.
Napalm een gifgas?
Er staat nog meer discutabele tekst in het onderwerp
gifgas in Meidenbauers boek en wel het volgende:
|
‘Uit het recente verleden staat het gebruik van gifgas
in Vietnam in ons geheugen gegrift. Daar gebruikten de
Amerikanen napalm, brandbommen gevuld met een polymere
gel van aluminiumzouten, nafteenzuren en vetzuren.’ |
Napalm een gifgas? Ja, het zijn allebei chemische
producten. Maar dat zijn buskruit, munitie en andere
explosieve stoffen die kogels en granaten voortstuwen
ook. En waarbij tijdens het afschieten bovendien nog
giftige gassen in de vorm van nitreuze dampen vrijkomen.
Napalm is een middel om brand te stichten, een verre
opvolger van het Griekse vuur uit het Byzantijnse rijk,
maar geen gifgas.
Mogelijk is Meidenbauer in de war met de
ontbladeringsmiddelen die bekend staan als 2,4,-D en
2,4,5-T. Deze chemicaliën moesten o.a. oogsten in
Vietnam verwoesten en worden soms tot de chemische
wapens (bekend onder de naam ‘Agent Orange’) gerekend.
Ze bevatten bovendien uiterst giftige verontreinigingen
bekend als de dioxinen. Een daarvan is TCDD, omschreven
als de giftigste stof ooit door de mensheid gemaakt.5)
Het is niet acuut werkend, maar
heeft onder de Vietnamezen veel ziekteverschijnselen
veroorzaakt.
Het noemen van het recente gebruik van gifgas, waaronder
mosterdgas, door Irak tijdens de Iran-Irak oorlog in de
jaren tachtig van de 20ste eeuw had in het verhaal van
Meidenbauer beter op zijn plaats geweest.
Chemische ontwapening
Tenslotte doet Meidenbauer ook nog aan
toekomstvoorspelling, wat toch niet de primaire taak van
een historicus is die verondersteld wordt zich met het
verleden bezig te houden. Maar wanneer hij zich dan toch
over de toekomst uitspreekt, moet dat wel gebaseerd zijn
op de huidige feiten. De laatste zin van zijn betoog
luidt:
|
‘Een internationale conventie van 1997 verbiedt
de ontwikkeling, fabricage en opslag van
chemische wapens; alleen een grenzeloze optimist
gelooft dat ze na meer dan 1500 jaar echt van de
aardbodem zullen verdwijnen’. |
Er wordt in het kader van het Chemisch Wapenverdrag door
de diverse bezitters van chemische wapens gewerkt om die
te vernietigen. Deze werkzaamheden zijn voor een ieder
te volgen op de website van de
OPCW.6)
De vernietiging verloopt langzaam, zo langzaam dat de in
het verdrag gestelde tijdslimieten niet worden gehaald.
Dat komt niet door onwil, maar door het uitgangspunt dat
de chemische wapens op een veilige en milieuvriendelijke
manier vernietigd dienen te worden.
Het opruimen zoals dat na de Eerste en Tweede
Wereldoorlog plaatsvond door de wapens maar in zee te
dumpen is uit den boze. Dan was men er wel snel van af,
maar het schept problemen voor de toekomst. Er is geen
enkele indicatie dat de grote chemische wapenbezitters
zoals Rusland en de Verenigde Staten hun voorraad niet
zouden vernietigen. Alleen het kost meer tijd en heel
veel geld.
Verder is het chemisch wapen zodanig als onmenselijk
geclassificeerd dat geen land het ooit nog zou durven te
gebruiken zonder als paria te worden beschouwd. Dat
sluit niet uit dat terroristen mogelijk naar chemische
wapens of toxische industriechemicaliën zullen grijpen.
Tot nu toe hebben ze echter voornamelijk gebruik gemaakt
van bommen met conventionele explosieven. En die wapens
zullen in de komende tijd zeker niet van de aardbodem
verdwijnen.
Tot slot
Op de website van de Stichting Studiecentrum Eerste
Wereldoorlog (SSEW) werd door Hans Andriessen in 2007 de vraag
gesteld of geschiedschrijving nu wel een wetenschap is.7) Op datgene wat de historicus
Meidenbauer in het stukje over gifgas te berde brengt,
kan nauwelijks het woord wetenschap van toepassing zijn.
Bedoelt om een misverstand weg te nemen, dat er
eigenlijk niet is, creëert hij vier nieuwe
misverstanden. Dat is knap. Dat is echter geen
wetenschap, maar kunst. Het is mij dan ook volkomen
duidelijk waarom de quote van Theodor Mommsen op het
titelblad staat: ‘De fantasie is niet alleen grondslag
van alle poëzie maar ook van alle historie’.
Noten
[1]
Walter Böttger, Kultur im Alten China, Leipzig, 1977, p.
88-89.
[2]
Zie voor een goed overzicht L. Szinicz, History of
chemical and biological warfare agents, Toxicology,
2005, Vol. 214, p. 167-181.
[3]Eric R.J.
Wils, Mosterdgas: de koning van de oorlogsgassen, in:
Hans Andriessen, Martin Ros en Perry Pierik (red.), De
Grote Oorlog. Kroniek 1914-1918, deel 10, Soesterberg,
2006, p. 59-96.
[4]
Uitvoerig besproken door Werner Maser, Hitler – Stalin.
Mythen, leugens en legenden, Soesterberg, 2007,
Hoofdstuk 40.
[5]
J.W. Copius Peereboom en Lucas Reijnders, Hoe gevaarlijk
zijn milieugevaarlijke stoffen, Meppel – Amsterdam,
1986, Hoofdstuk 7.
[6]
Zie bijvoorbeeld ook: Ralf Trapp, Tien jaar OPCW:
succesvolle ontwapening en non-proliferatie in de
praktijk, Vrede en Veiligheid 36 (2007), p. 262-267.
[7]
Zie:
ssew.nl/is-geschiedschrijving-wetenschap |