|
Nieuwe boeken over de
Eerste Wereldoorlog
Tweedehands WOI boeken:
Boekwinkeltje Niemandsland
Zie ook:
Nieuw
verschenen geschiedenisboeken
Bestel
direct online!
|
|
Reisgids voor
een dagtocht of weekend naar de slagvelden rond Verdun
door Menno Wielinga |
|
Een reisgidsprogramma voor één dag of een
weekend over het slagveld van de Eerste Wereldoorlog
rond Verdun met bezienswaardigheden, routebeschrijvingen
en uitleg over wat daar is gebeurd tijdens de oorlog en
daarna. |
|
Inhoudsopgave
Inleiding met enige uitleg
Dagtochtprogramma Verdun
Weekendprogramma Verdun
De Slag om Verdun 1916 – een korte
samenvatting
Het ochtendprogramma
(klik hier)
Bezoek aan de rechter oever van de Maas (geplande
tijdsduur 9.00 – 12.30)
1. Bezoek aan het museum van het Mémorial de Verdun
2. Bezoek aan het voormalige dorp Fleury devant Douaumont
3. Bezoek aan Fort Douamont
4. Bezoek aan het Ossuaire de Douaumont en de begraafplaats
5. Bezoek aan de Tranchée de Baïonnettes (loopgraaf van de
bajonetten)
Het middagprogramma
(klik hier)
Bezoek aan de linker oever van de Maas – (geplande
tijdsduur 13.00 – 18.00)
6. Bezoek aan het Museum Romagne 14-18
7. Bezoek aan de Duitse begraafplaats
Romagnes-sous-Montfaucon
8. Bezoek aan de Amerikaanse begraafplaats Romagne sous
Montfaucon
9. Bezoek Mémorial Américain en village détruit te
Montfaucon
10. Bezoek aan het Pennsylvania Memorial
te Varennes-en-Argonne
11. Bezoek aan de Butte de Vauquois (De
heuvel van Vauquois)
12. Terug naar Verdun over de Voie Sacrée
(Heilige Weg)
13. Enige voorbereidingen voor het bezoek
aan Verdun |
|
Aanbevolen en hier te bestellen literatuur over de Slag
bij Verdun
Henk Jonker - Sporen van een slag
Het boek vertelt niet alleen de feiten van de slag,
maar neemt de lezer ook mee naar het slagveld en plaatst
hem temidden van de soldaten in de loopgraven.
Ian Ousby - Verdun
Dit boek geeft een levensecht en indringend verslag
van de ervaringen van de soldaten op het slagveld en van
het militair-strategische verloop van de slag.
Bob Latten - Poststempel Verdun
'Niemand van ons heeft gerekend op deze orgie van geweld,
van een onafgebroken granaatregen uit de gretige lopen van
honderden kanonnen en mortieren'.
Aad Spanjaard - Historische Routes - Slagveld Verdun en
omstreken Deze
uitvoerig geillustreerde reisgids laat de verschillende
historische plekken zien die men kan bezoeken in de streek
rondom het slagveld van Verdun.
Bekijk de
WOI-boekenpagina voor meer (nieuwe) WOI boeken
|
|
Inleiding met
enige uitleg
Iemand vroeg laatst: ‘Ik weet dat zich tijdens de Eerste
Wereldoorlog een grote veldslag heeft afgespeeld bij
Verdun. Ik zou op de heenweg of de terugweg van mijn
vakantie, een dag willen gebruiken om Verdun en de
omgeving te bekijken om een indruk te krijgen van wat
daar is gebeurd tijdens de oorlog. Waar moet ik dan heen
en wat moet ik dan bekijken?’ Hierdoor ontstond het idee
voor een dagtocht-programma (en weekendprogramma) rond
Verdun.
Dagtochtprogramma Verdun
Dit dagtochtprogramma bestaat uit twee delen: de ochtend
wordt besteed aan een verkenning van de rechter
Maasoever en de middag wordt doorgebracht op de linker
Maasoever.
Elk onderdeel in het programma is voorzien van een
toelichting. ‘You have to see the grounds’ zei een
Engelse gids ooit tegen mij. De man had gelijk, maar je
moet dan wel weten wat daar toentertijd is gebeurd.
Weekend-programma Verdun
Ik kan me ook voorstellen dat er mensen zijn die wel
eens een weekend (een andere combinatie van twee dagen
is natuurlijk ook mogelijk) naar Verdun willen: zaterdag
heen en zondag weer terug. Ook hiervoor is dit
excursieprogramma bruikbaar.
Gebruik de zaterdagmorgen voor de heenreis (aanbeveling:
vertrek op tijd want Utrecht – Verdun is 450 kilometer
dus bijna 5 uur rijden) en volg op zaterdagmiddag het
middagprogramma. Als u op de zondagochtend het
ochtendprogramma volgt, kan de zondagmiddag worden
gebruikt voor de terugreis.
De reden om het middagprogramma op de zaterdag te
volgen, wordt ingegeven door het feit dat er op de
linker Maasoever geen terrassen – toiletten –
benzinepompen – winkels - restaurants of cafetaria’s te
vinden zijn. Daarom wordt het Museum Romagne 14-18 ook
genoemd als eerste pleisterplaats. Vanaf 13.00 uur
(openingstijd museum) kan men daar even bijkomen van de
reis en een lekkere lunch gebruiken. Bovendien is dit
museum het ideale vertrekpunt voor het middagprogramma.
Tip 1: zorg dat u op de heenreis ergens bij Verdun in de
buurt tankt zodat u op zondag geen tijd hoeft te
verknoeien met het speuren naar een geopende
benzinepomp: bijna alles is op zondag gesloten.
Tip 2: Neem Sultana-koeken mee – je kunt echt niets
kopen onderweg op de linker Maasoever.
Tip 3: neem zelf voldoende flesjes water mee. Het Franse
kraanwater is weliswaar drinkbaar maar heeft een wat
muffe chloorsmaak. En: een slagveldbezoeker heeft altijd
toiletpapier in de achterzak voor noodgevallen onderweg.
Een hotel in Verdun is snel en eenvoudig te boeken op
www.booking.com.
Ik heb de laatste keer onderdak
gevonden in Hotel du Tigre, genoemd naar
Georges
Clemanceau (1841-1929) die tijdens de Eerste
Wereldoorlog premier van
Frankrijk was en als
bijnaam Le Tigre had. De kelder van het hotel was
tijdens deze oorlog een lazaret. De sfeer was dus goed.
|
Georges Clemenceau (1841-1929)
Clemenceau werd op 16 november 197 benoemd tot
premier van
het Franse oorlogskabinet en minister van Oorlog.
Hij regeerde autoritair,
duldde geen tegenspraak en bleef overtuigd van de
Franse overwinning.
Zijn onverzettelijkheid bezorgde hem de bijnaam Le
Tigre (De Tijger) |
Hotel du Tigre is een **sterren hotel. Het is schoon
maar eenvoudig en typisch Frans – u kent dat wel:
douchekoppen die alle kanten op spuiten omdat ze
volkomen verkalkt zijn en die nooit opgehangen kunnen
worden omdat de ophanghaak verdwenen is, toiletbrillen
die altijd loszitten, ongezellige verlichting etc. etc.
Klein leed dus, maar alles heeft zijn charmes en een
groot voordeel is dat Hotel du Tigre een ruime
parkeerplaats heeft.
En denk er om: de Fransen kennen ‘une chambre double’ en
‘une chambre twin’. Een ‘chambre double’ heeft een echt
tweepersoonsbed - een ‘chambre twin’ heeft twee losse
eenpersoonsbedden op de kamer staan. Door onbekendheid
met deze terminologie belandde een goede vriend van mij
ooit drie dagen lang in een tweepersoonsbed (‘une
chambre double’) met zijn toenmalige chef.
Een bijkomend voordeel van Hotel du Tigre was dat in de
straat die gelegen is achter het hotel (voor het hotel
staande: links af – eerste straat links en vervolgens
nog eens links af ) een voortreffelijk eetgelegenheid te
vinden is. Het is een gezellig huiskamerachtig
restaurant dat in het weekend bomvol Fransen zit en waar
je heerlijk kunt eten (ook pizza’s). Ze serveren al een
heerlijk driegangen menu voor € 17,00 per persoon. Het
restaurant is op zondag gesloten - reserveren lijkt me
aan te bevelen.
Hier de adres van Restaurant Le Brasero:
13, Rue de Blamont
55100 Verdun
(telefoon 03 29863429)
E-mail: restaurantbrasero@orange.fr
Het adres van Hotel du Tigre is: 22, Avenue De Paris
55100 Verdun-sur-Meuse (telefoon 03 29863447) |
|
De Slag om Verdun 1916 – een korte samenvatting
▬
Fase 1 De aanloop tot de slag (december 1915 - 12
februari)
De oorlog was in 1914 en 1915 vastgelopen in een
onbewegelijke loopgravenoorlog. Beide partijen wilden in
1916 een beslissende overwinning forceren. Duitsland
wilde dat bij Verdun en de geallieerden wilden dat in
een gezamenlijke actie aan de Somme.
Verdun bewaakte de noordelijke toegang tot de
Champagne-vlakte en daarmee de toegang tot Parijs en zou
daarom, aldus de Duitsers, tot de laatste droppel Frans
bloed worden verdedigd. Het Duitse aanvalsplan was erop
gericht de Franse frontlinie volledig te verpulveren met
meer dan 1.200 Duitse kanonnen en dan door te stoten
naar Verdun.
De verdediging van Verdun was echter ernstig
verwaarloosd omdat de forten niet langer bruikbaar
werden geacht. Ze waren daarom ontdaan van hun kanonnen
en de bezetting was minimaal. Ook waren de
verdedigingslinies rond Verdun bedenkelijk verwaarloosd
want het Franse hoofdkwartier had geen aandacht voor de
problemen: 'Verdun vormt geen aanvalsdoel' was hun
oordeel.
▬
Fase 2 Het Duitse offensief (12 februari - 2 maart)
De Duitse aanval zou plaatsvinden op 12 februari maar
werd door de slechte weersomstandigheden uitgesteld tot
21 februari. Dit bood de Fransen, die in de gaten hadden
gekregen dat de Duitsers een aanval beraamden, de
gelegenheid om nog een aantal defensieve verbeteringen
aan te brengen.
|
Het onderschrift van de ansichtkaart luidt: Avant
l'attaque (Voor de aanval)
(●
Klik op de afbeelding of
hier
voor een vergroting) |
De Duitse aanval op Verdun begon eerst op de rechter
Maasoever met een meer dan negen uren durend
bombardement. De Duitsers vorderden daarna minder snel
dan ze hadden verwacht, maar op 25 februari bezetten ze,
geheel onverwacht, het onneembaar geachte Fort Douaumont
waardoor Verdun binnen handbereik lag.
Generaal Pétain was in allerijl benoemd tot
opperbevelhebber van het Verdun-front. Hij gaf
onmiddellijk opdracht om tot elke prijs stand te houden.
Daardoor werd tijdwinst geboekt waardoor Franse
versterkingen konden worden aangevoerd.
▬
Fase 3 De Slag om de Flanken - de linker Maasoever (6
maart - 31 mei)
De Duitse legerleiding besloot Verdun nu ook op de
linker Maasoever aan te vallen. Daarbij moest een
heuvel, genaamd Le Mort-Homme, worden veroverd. Deze
werd hardnekkig verdedigd zodat de Duitsers besloten
eerst een nabijgelegen heuvel, de Côte 304 te veroveren.
Pas na drie maanden onafgebroken strijd werden Côte 304
en Le Mort-Homme door de Duitsers bezet.
▬
Fase 4 De Slag om de Flanken - de rechter Maasoever (8
maart - 23 juni)
Nadat de strijd nu ook op de linkeroever was ingezet
begon op op 8 maart op de rechteroever de strijd om Fort
Vaux. De Duitse troepen bleken uitgeput en de strijd
werd na enige tijd voorlopig opgeschort. Uiteindelijk
slaagden de Duitsers er toch in Fort Vaux te veroveren.
Franse pogingen het hierna te heroveren liepen uit op
zinloze slachtpartijen.
▬
Fase 5 Het laatste Duitse offensief (21 juni - 6
september)
Het volgende grote Duitse offensief was gericht op de
inname van het dorp Fleury en de verovering van Fort
Souville maar de aanval op dit fort mislukte volledig.
Maar de Franse verdediging wankelde en kon pas op het
laatste moment een definitieve Duitse doorbraak
voorkomen.
|
Het Franse patriottisme kende geen grenzen |
Nog steeds werd onder de meest erbarmelijke
omstandigheden verbitterd gevochten om het dorp Fleury
dat uiteindelijk door de Duitsers werd ingenomen. De
Duitse reservetroepen die hierna een doorbraak naar
Verdun moesten forceren, verschenen echter niet en de
Fransen konden op het laatste moment versterkingen
aanvoeren om de Duitsers tegen te houden. Opnieuw was de
Duitse aanval op Verdun mislukt.
Op 1 juli 1916 begon de Slag bij de Somme waardoor de
Duitse troepen opdracht kregen zuinig om te springen met
munitie. Ook werden steeds meer Duitse troepen en
artillerie overgeplaatst naar het Somme-front en naar
het Oostelijke Front waar een groot Russisch offensief
was losgebrand. Maar de strijd rond Verdun ging op
kleinere schaal onverminderd door. Op 15 juli zetten de
Fransen een grote aanval in om het dorp Fleury te
heroveren. Die aanval werd door de Duitsers afgeslagen
te n koste van enorme Franse verliezen.
Eind juli besloot de Duitse legerleiding nog éénmaal aan
te vallen om het front te consolideren. De aanval begon
op 1 augustus en duurde met tussenpozen tot 6 september.
De strijd golfde heen en weer maar er werden aan beide
zijden geen successen geboekt.
Het slagveld tussen Fort Souville en de
Froideterre-fortificatie was overdekt met doden en
gewonden. De troepen leefden aan beide kanten onder
beestachtige omstandigheden. Er was een groot tekort aan
drinkwater, munitie en voedsel en de verliezen waren aan
Franse en Duitse kant enorm. Vanaf 6 september trad
(voorlopig) de rust in op het slagveld van Verdun.
▬
Fase 6 Het laatste Franse offensief (21 oktober - 19
december)
De Duitse keizer besloot Ludendorff en Hindenburg, die
hun waarde hadden bewezen aan het Oostelijk Front, te
benoemen tot de nieuwe Duitse opperbevelhebbers aan het
Verdun-front. Hun eerste maatregel was het stopzetten
van de gevechten bij Verdun maar de Franse legerleiding
was vastbesloten de Duitsers volledig terug te slaan.
|
Propagandakaart met een dagorder van
opperbevelhebber Joffre
met als titel: Salut aux Soldats de Verdun.
(●
Klik op de afbeelding of
hier
voor een vergroting) |
Op 24 oktober 1916 begon een goed voorbereide Franse
aanval waarbij het Duitse front ver werd
teruggedrongen. Fort Douaumont en Fort Vaux werden
aangevallen en uiteindelijk door de Fransen heroverd.
Hierna bleef het wekenlang stil aan het front.
|
Menselijk overblijfselen in en van de loopgraven op
het slagveld van Verdun |
De Fransen besloten hierna nog één grote aanval uit te
voeren die de Duitsers
moest terugdringen naar de
uitgangsstellingen van februari 1916. Op 13 december
begon deze laatste aanval die ten koste ging van enorme
Duitse en Franse verliezen.
Op 19 december 1916 was het
Duitse leger definitief teruggeworpen op zijn
oorspronkelijke stellingen. De Slag bij Verdun was ten
einde gekomen. |
|
Het ochtendprogramma
Bezoek aan
de rechter oever van de Maas – (geplande tijdsduur 9.00
– 12.30)
1 - Bezoek aan het
museum van het Mémorial de Verdun
(Website:
Mémorial de Verdun in het
Frans, Duits en Engels)
Het museum is tijdens het voorjaar en de zomer geopend
van 9.00-18.00 uur.
(In de herfst en de winter afwijkende openingstijden –
zie hun website.)
Voor de TomTom-gebruiker volgt hier het adres:
Mémorial de Verdun
1 Avenue du Corps Européen
55100 Fleury-devant-Douaumont
Dit Mémorial ligt in het centrum van het oorspronkelijke
slagveld waar tijdens de oorlog zo verbitterd is
gevochten. Op deze plaats was ooit, zoals iemand het
uitdrukte: ‘de aarde overal doordrenkt van bloed’.
|
Het museum van
het Mémorial de
Verdun (© Foto: Hans de Regt) |
Het museum dat zich in het Mémorial bevindt, behoort
ongetwijfeld tot een van de meest bezienswaardige en
omvangrijkste Europese musea over de Eerste
Wereldoorlog. Het museum imponeert door de inrichting
met in het midden van het gebouw het rauwe slagveld,
gebouwd op het oorspronkelijke slagveld, met de beide
tweedekkers die erboven hangen. Maar het maakt vooral
indruk door de prachtige collectie die op fraaie wijze
is tentoongesteld.
Dit museum biedt de bezoeker van Verdun dan ook een
uitstekende indruk van wat zich tijdens de oorlog heeft
afgespeeld. Het is daarom een goede start voor een
bezoek aan het slagveld van Verdun. De toegangsprijs
wordt wel eens als redelijk pittig ervaren maar u moet
maar bedenken dat het voor een goed doel is.
In de hal van het gebouw bevindt zich een vrij
toegankelijke boekwinkel/souvenirshop. Er zijn toiletten
in het museum achteraan in de zalen
(de dames achterin
de bovenverdieping – de heren achterin de
kelderverdieping)
2 - Bezoek aan het voormalige dorp Fleury devant Douaumont
(Officieel: Village détruit de Fleury-devant-Douaumont)
De toegang naar het voormalige dorp Fleury-devant-Douaumont is te vinden
in de heg aan de achterzijde van de parkeerplaats rechts van het Mémorial
maar men kan ook langs de weg naar het dorp lopen. Hier
bevinden zich de resten van het dorp waar tijdens de
Slag bij Verdun zo verbitterd om is gevochten.
|
De kerk van Fleury enige jaren
na de oorlog
(●
Klik op de afbeelding of
hier
voor een vergroting) |
Door de
wekenlang durende artilleriebeschietingen van Duitse en
Franse zijde is het dorp volledig van de kaart
verdwenen. Uit een publicatie over Verdun het volgende
om een beeld te schetsen van de toestand rond Fleury in de maand juli 1916:
[…] Dag en nacht volgen beschietingen, aanval en
tegenaanval elkaar daar op. Er wordt zelfs gezegd dat
het dorp Fleury in de loop van de strijd zestien maal
van bezetter is gewisseld. De omstandigheden zijn daar
erbarmelijk: drinkwater is niet beschikbaar, de
dorpspomp ligt zwaar onder vuur. De soldaten halen 's
nachts water uit de granaattrechters, waarin al
dagenlang lijken drijven. Ook de nabij gelegen
Thiaumont-fortificatie wordt keer op keer bestormd en
wisselt regelmatig van bezetter.
Een ooggetuige vertelt: …modder, hitte, dorst,
smerigheid, ratten, de zoetige geur van lijken, de
walgelijke stank van uitwerpselen en de vreselijke
angst: 'het ziet ernaar uit dat we moeten aanvallen', en
dat terwijl men al aan het einde van zijn krachten was…
Een andere ooggetuige: …en in de zomermaanden die
zwermen aasvliegen rond de lijken en dan die stank, die
vreselijke stank. Als we loopgraven moesten aanleggen
staken we knoflooktenen in onze neusgaten…
En nog een ooggetuige: …je raakte die verschrikkelijke
stank nooit kwijt. Als we een keer met verlof waren en
we zaten ergens wat te drinken, dan duurde het maar
eventjes en de mensen aan de tafeltjes naast ons stonden
op en vertrokken. Die afschuwelijke Verdun-stank was
niet te harden… (Zie ook: Slag
bij Verdun)
|
Het monument
bij Fleury-sous-Douaumont.
Let op de afwezigheid van begroeiing in de
naaste omgeving!
(●
Klik op de afbeelding of
hier
voor een vergroting) |
Officieel bestaat het dorp nog steeds in de vorm van een
monument: een village détruit zoals er op het slagveld
van Verdun meerdere te vinden zijn. De ruïnes van Fleury
zijn gemarkeerd met bordjes waarop het beroep van de
voormalige bewoner is vermeld.
3 - Bezoek aan Fort Douaumont
(Volg de borden – het gehele gebied is zeer goed
‘bewegwijzerd’.) Eerst een korte geschiedenis van Fort
Douaumont gedurende de Slag bij Verdun:
De strijd
om het Fort Douaumont
Op maandagmorgen 21 februari 1916 begon de slag bij
Verdun met het zwaarste bombardement dat tot dan ooit in
een oorlog was uitgevoerd. Het strekte zich uit over het
gehele Verdun-front aan de linker- en de rechterzijde
van de Maas ter breedte van 40 kilometer. Ook Verdun
zelf werd hevig gebombardeerd - de gehele
burgerbevolking werd geëvacueerd. Zware granaten vielen
met een frequentie van 40 stuks per minuut. Latere
schattingen laten zien dat er op een rechthoek van 500
bij 1.000 meter 80.000 zware granaten gevallen waren.
De Fransen boden manhaftig tegenstand. Om elke meter
grond werd zwaar gevochten maar langzamerhand drongen de
Duitsers de Fransen terug en zij naderden na verloop van
enige dagen het door hen gevreesde Fort Douaumont. Op
vrijdag 25 februari 1916 trokken de Fransen zich nog
verder terug na een nieuwe aanval, soms ongecoördineerd
en in paniek. De toegangen tot het fort werden daardoor
slecht verdedigd.
|
Artist impression: beeld van de gevechten in
februari tijdens het begin van de slag.
|
Daardoor gebeurde wat nooit was gedacht: de Duitsers
zagen kans om, onafhankelijk van elkaar, met vier
pelotons van het IIIe (Brandenburgse) Legerkorps het
onneembaar geachte vestingwerk te bezetten. Het bleek
dat het fort minimaal was bemand met slechts 56 Franse
reservisten. In Duitsland werd de verovering van het
fort als een grote overwinning gevierd: de klokken
werden geluid, de scholen kregen vrij en keizer Wilhelm
kondigde aan dat de datum 25 februari tot nationale
feestdag werd verheven.
De reden voor deze minimale Franse bemanning was dat de
Belgische forten bij Luik in augustus 1914 door de
Duitse zware artillerie volledig tot puin waren
geschoten. Het Franse opperbevel was daardoor van mening
dat de forten langs de Franse oostgrens niet langer
bruikbaar waren voor de verdediging. De gebruikelijke
bezetting van het fort vertrok naar het front en werd
vervangen door een minimale bewakingsploeg en de
kanonnen werden, voor zover ze verplaatsbaar waren,
afgevoerd om bij offensieven elders te worden ingezet.
Het Franse opperbevel had echter over het hoofd gezien
dat de Belgische forten sterk verouderd waren en
daardoor niet meer bestand waren tegen de moderne zware
artillerie. Maar de forten rond Verdun waren van een
latere datum en gebouwd van gewapend beton waardoor ze
wel bestand zouden zijn tegen de moderne artillerie.
Ook bleek later dat er korte tijd voor de Duitse inname
van het fort nog een bevel was uitgegaan om Franse
versterkingen naar het fort te sturen. Helaas was iemand
vergeten het bevel door te geven. Deze vergissingen van
het Franse opperbevel zouden in de hierna volgende
maanden naar schatting aan tenminste 100.000 Franse
soldaten (poilu's) het leven hebben gekost.
|
|
Luchtfoto's van Fort Douaumont voor en na 1916 |
Ook de verdedigingswerken rond Verdun waren trouwens
ernstig verwaarloosd. Van Franse zijde achtte men het
zeer onaannemelijk dat de Duitsers na de gevechten rond
Verdun in 1914, toen de Duitse opmars hier ook tot
stilstand was gekomen, deze sector nogmaals als
aanvalsgebied zouden kiezen. Daarom was de frontlijn
vaak niet meer dan een greppel en waren de tweede en
derde verdedigingslinies niet aanwezig.
Verbindingsloopgraven en prikkeldraadversperringen waren
dikwijls niet eens aangelegd.
Ook de bewapening van de sector Verdun was minimaal. Er
waren niet meer dan 270 stuks geschut beschikbaar met te
weinig munitie. Dit aantal stond tegenover een Duitse
overmacht van meer dan 1.200 stukken waarvoor wel
voldoende munitie beschikbaar was. Verder waren er in de
regio Verdun bij het uitbreken van de strijd niet meer
dan 34 Franse bataljons beschikbaar. De Duitsers konden
daar tegenover 72 bataljons met ervaren frontsoldaten
inzetten.
De verovering van Fort Douaumont had directe gevolgen op
het slagveld. De Fransen verwachtten dat de Duitsers
zouden doorstoten naar Verdun toen Fort Douaumont was
gevallen. En als Verdun eenmaal gevallen was lag de weg
naar Parijs open. In de paniek die daarop ontstond trok
de Franse divisie die het gebied verdedigde zich zonder
directe noodzaak terug op Côte de Belleville, de laatste
heuvelrug voor Verdun.
Verdun lag toen binnen handbereik van de Duitsers maar
zij hadden niet in de gaten dat de stellingen waren
verlaten en maakten daarom geen gebruik van de geboden
gelegenheid. De in allerijl aangevoerde Franse troepen
konden de daarop volgende dagen de linies weer bezetten
waardoor de Duitsers niet verder kwamen.
Pas maanden later, op zaterdag 21 oktober 1916, waren de
Fransen weer in staat een grootscheepse aanval op Fort
Douaumont (en Fort Vaux) in te zetten dat gesteund werd
door twee zware 400 mm Creusot-Schneider kanonnen van
een nieuw type. Het vuur werd geleid vanuit een
verkenningsvliegtuig dat boven het fort cirkelde.
|
Duitse troepen voor Fort Douaumont (op de
achtergrond) |
De volgende dag zweeg plotseling de Franse artillerie.
De Duitsers verwachtten dat de aanval zou beginnen. Hun
batterijen begonnen te schieten en verraadden zo hun
posities. Maar de verwachte aanval bleef achterwege. In
plaats van aan te vallen, hervatten de Fransen het
bombardement en zagen daarbij kans 70 van de 158 Duitse
batterijen uit te schakelen.
Op maandag 23 oktober begonnen de beide
Creusot-Schneider kanonnen opnieuw te vuren op Fort
Douaumont. Twee voltreffers drongen door tot in het
binnenste van het fort en richtten grote schade aan. [De
inslagen zijn nog steeds te zien bovenop het fort.] Het
licht viel uit en door de tweede voltreffer werden in
het lazaret alle aanwezigen gedood. Ook ontstond er
brand in het binnenste van het fort. Daarna volgden nog
meer voltreffers waaronder ook met gasgranaten. Er waren
veel gewonden en gasslachtoffers en er ontstond paniek
onder de Duitsers.
De Duitse commandant besloot het fort te ontruimen. Een
kleine bezettingsmacht bleef in het fort achter onder
leiding van kapitein Soltau. Op zijn verzoek om
versterkingen te sturen werd niet gereageerd en omdat
hij het fort met een handvol soldaten niet kon
verdedigen besloot ook hij het fort te ontruimen.
Onder de eerste groep die het fort had verlaten, bevond
zich kapitein Prollius die besloot terug te keren naar
het fort, omdat hij het onjuist achtte dat het zonder
slag of stoot in Franse handen zou vallen. Bij nadere
inspectie bleek het inmiddels verlaten fort weer gasvrij
en ook de branden waren uitgewoed. Met niet meer dan een
twintigtal bijeengeraapte manschappen besloot hij het
fort weer te bemannen.
|
Franse doden worden weggevoerd in een loopgraaf bij
Verdun |
Op dinsdag 24 oktober 1916 om 12.00 uur kwamen de Franse
aanvallers in actie, ondanks het feit dat er op het
slagveld een ondoordringbaar dikke mist hing. De
samenwerking tussen artillerie en infanterie bleek
perfect en het Duitse front in de omgeving van Fort
Douaumont werd opgerold.
Fleury werd ingenomen en Fort
Douaumont kwam binnen bereik. Slechts hier en daar
hielden de Duitsers nog stand met behulp van strategisch
geplaatste mitrailleurnesten. Na een korte strijd
besloot kapitein Prollius het fort over te dragen aan de
Fransen. De Duitsers verloren daarmee hun belangrijkste
steunpunt aan het Verdun-front.
Er waren in de dagen vlak voor de Franse aanval 240.000
granaten per dag afgeschoten; op een 'gewone dag' was
dit aantal 100.000. In de afgelopen zeven maanden hadden
de Fransen naar schatting 23.000.000 granaten gebruikt.
De Duitsers hebben in diezelfde periode zeker niet
minder granaten gebruikt.
Op zondag 19 december 1916 kwam de Duitse legerleiding
tot de conclusie dat het Duitse leger bij Verdun een
volledige nederlaag had geleden. Het Duitse leger was
toen definitief teruggeworpen op de uitgangsposities van
21 februari 1916.
Het lijkt aannemelijk dat het totale aantal Duitse en
Franse slachtoffers (gedood, gewond, vermist) op 358.000
Duitsers en 400.000 Fransen kan worden geschat. Van deze
758.000 slachtoffers zijn naar schatting 182.000 om het
leven gekomen: 82.000 Duitse doden en 100.000 Franse
doden.
Nu het bezoek aan Fort Douamont
Rijd eerst langs het Ossuaire de Douaumont en de grote
Franse begraafplaats tegenover het ossuarium. Daar gaan
we straks naar toe. Neem een trui of jas mee als u naar
binnen gaat in het fort – het heerst daar permanent een
lage temperatuur.
Loop eerst over het dak van het fort om een indruk te
krijgen van de omgeving waar in 1916 zo hevig is
gevochten. Let op de koepel van het beweegbaar kanon, de
koepel van de lichtere kanonnen en de mitrailleurs en de
helm-vormige waarnemingsposten voor de artillerie die
bovenop het fort staan. Duidelijk zijn op bijna alle
koepels de inslagen van kogels en granaten te zien.
Rondom het fort is tegenwoordig de slotgracht weer te
zien. De geschutskoepels op de hoeken van het fort waren
bereikbaar vanuit het binnenste van het fort via
onderaardse gangen. Het fort heeft het twee ondergrondse
verdiepingen en een oppervlakte van meer dan drie
hectare.
|
De
achterzijde van Fort Douaumont in de twintiger jaren
vdve.
Hier bevindt zich thans de parkeerplaats.
(●
Klik op de afbeelding of
hier
voor een vergroting) |
Ga vervolgens naar binnen – de ingang is te vinden aan
de parkeerzijde. Ook hier kan men boeken en souvenirs
kopen. U krijgt een Nederlandstalige rondleiding op
papier bij de kassa. Somber, vochtig, donker en
onheilspellend zijn de karakteristieken van dit fort.
Merk op hoe geluiden doorklinken binnen in het fort
omdat de lange gangen werken als een klankkast. Trap
maar eens hard op een van de metalen platen die op de
grond liggen. Het schijnt dat veel soldaten
gehoorbeschadigingen opliepen door het oorverdovende
geluid van inslaande granaten.
|
Versperringen in de gangen van Fort Douaumont |
Bezoek in ieder geval het technisch zeer fraaie hefkanon
(rechtsaf bij de ingang) en ook de Duitse kapel (linksaf
bij de ingang) die behoort bij het massagraf in het fort
waar de stoffelijke resten 679 Duitse soldaten rusten in
een dichtgemetselde gang. Het fort Douaumont was in mei
1916 in handen van de Duitsers toen er in het fort een
dramatisch ongeluk gebeurde. Hieronder een verslag van
dit ongeluk:
Maandag - 8 mei 's 1916 - morgens 4.00 uur. In het fort
breekt plotseling grote paniek uit na een explosie. Er
wordt geschreeuwd: 'de zwarten komen' (Noot: met
'zwarten' werd bedoeld: de gevreesde Franse koloniale
troepen die berucht waren vanwege het feit dat ze, zo
werd verteld, nooit krijgsgevangenen zouden maken).
Kort daarna zijn er drie ontploffingen die een geweldige
schokgolf door het fort jagen, veel sterker dan bij een
voltreffer. Hierbij ontstaat een ondoordringbaar
rookgordijn met een verstikkend gas.
De schokgolf heeft veel doden tot gevolg die letterlijk
drie, vier rijen dik in de hoeken van het fort liggen
neergekwakt; honderden Duitsers komen door verstikking
om het leven. Met veel moeite worden 100 mannen gered.
Het aantal doden wordt geschat op 700 tot 800. Velen
zijn niet meer te identificeren.
Een aanwezige Duitse arts reconstrueert het drama: er is
een voltreffer terechtgekomen op een opslagplaats voor
vlammenwerperolie. Die olie is in brand geraakt door
vuurtjes van het kookgerei van de Duitse troepen.
Hierdoor is brand ontstaan met een zeer zware rook- en
roetontwikkeling.
Bijna iedereen is geheel overdekt met een dikke laag
roet, vandaar de paniek: 'de zwarten komen'. In die
panieksituatie hebben de Duitsers handgranaten gegooid
naar de vermeende binnendringers – hun eigen kameraden.
Hierdoor zijn munitiebunkers met granaten en
gifgasgranaten tot ontploffing gekomen wat nog meer
doden tot gevolg had.
De lijken konden vanwege de beschietingen niet buiten
worden begraven en werden daarom opgestapeld in een lege
munitiebunker: lijken - chloorkalk - lijken. De
munitiebunker werd dichtgemetseld: een Duits massagraf
in het Franse fort Douaumont sinds 1916. De Fransen
hebben trouwens niets gemerkt van deze catastrofe.
4 - Bezoek aan de
Ossuaire de Douamont en de nationale begraafplaats
(Officieel: La nécropole nationale et l'ossuaire de
Douaumont)
(Website:
Ossuaire de
Douamont in het Frans, Duits en Engels)
Rijd vanaf Fort Douaumont (volg de duidelijke borden)
naar het grote Ossuaire de Douaumont. Er is een enorme
parkeerruimte voor auto’s en bussen onmiddellijk naast
en achter het gebouw. Voor velen is dit het hoogtepunt
van een bezoek aan Verdun.
Het Ossuarium werd officieel geopend op 7 augustus 1932.
Voor die tijd was er een primitief onderkomen waarin
op het slagveld gevonden gebeente in kisten stond opgeslagen.
|
|
Afbeeldingen van het primitieve gebouwtje dat voor
1932 dienst deed als Ossuarium.
(●
Klik op de afbeeldingen
voor een vergroting) |
Op de 137 meter lange voorgevel
van het imposante gebouw zijn de wapenschilden
geplaatst van steden die (financieel) hebben geholpen
bij de bouw van dit gedenkteken. Men kan de 46 meter
hoge toren beklimmen. Het uitzicht valt helaas enigszins
tegen vanwege de begroeiing die er vroeger niet was. De
‘Tour de Morts’ heeft de vorm van een granaat en
verlicht als een vuurtoren het voormalige slagveld
gedurende de nacht.
|
Ossuarium en begraafplaats rond 1932 (bij rechts bij
het Ossuarium wordt nog gewerkt)
(●
Klik op de afbeelding of
hier
voor een vergroting) |
De kruisgang in het Ossuarium bestaat uit 22 cellen met
46 granieten graftombes. Elke graftombe vertegenwoordigt
een sector van het slagveld en bevat in de onderliggende
grafkelder de menselijke beenderen die in deze sector
gevonden zijn. Aan de beide uiteinden van de kruisgang
bevindt zich een grafkelder van 350 kubieke meter met
het overschot aan beenderen van overbelaste sectoren. De
beenderen van de naar schatting 130.000 omgekomen niet
geïdentificeerde resten van Franse en Duitse soldaten
zijn te zien door kleine ruiten in de grafkelders die
aan de achterzijde van het gebouw te vinden zijn.
|
Een graf zoals er
velen te vinden waren op het slagveld rond Verdun |
In het gebouw is een filmzaal waarin om het half uur een
20 minuten durende film wordt vertoond met als titel:
‘L'héroïsme du Combattant de Verdun’ die ook in het
Nederlands te volgen is.
Voor het Ossuarium de Douaumont vindt u La nécropole
nationale de Douaumont. Het is de Franse militaire
begraafplaats van Douaumont met de graven van 15.000
Franse gesneuvelden. In 1923 begon men met het
gereedmaken van de grond die ontdaan moest worden van
het militaire materieel, de munitie en de menselijke
overblijfselen die na de oorlog waren achtergebleven op
het slagveld. De begraafplaats heette toen nog Cimetiére
de Fleury.
|
Cimetiére de
Fleury (later Nécropole nationale de Douaumont)
(●
Klik op de afbeelding of
hier
voor een vergroting) |
Op deze begraafplaats werden de lichamen begraven van
soldaten die in de directe omtrek van de begraafplaats
werden gevonden. Vanaf 1925 zijn hier ook de stoffelijke
resten van militairen naar toe gebracht, afkomstig van
diverse kleinere begraafplaatsen uit de omgeving van
Verdun. Op 23 juni 1929 werd de begraafplaats
geïnaugureerd in aanwezigheid van de president van de
Franse Republiek.
|
Een van die kleine verdwenen begraafplaatsen op het
slagveld waarvan de doden in de
loop der tijd werden overgebracht naar het de
grote begraafplaats voor het Ossuarium.
(●
Klik op de afbeelding of
hier
voor een vergroting) |
Tussen 1960 en 1965 werd de Nécropole nationale
gerenoveerd. In 1984 hebben de Franse president François
Mitterrand en de Duitse bondspresident Helmut Kohl hier,
70 jaar na het begin van de Eerste Wereldoorlog, hand in
hand gestaan om de verzoening tussen Frankrijk en
Duitsland te symboliseren. Een plaquette herinnert aan
deze bijzondere gebeurtenis.
5 - Bezoek aan de
Tranchée de Baïonnettes (de loopgraaf van de bajonetten)
Ga met uw auto van de parkeerplaats bij het Ossuarium
naar de Tranchée de Baïonnettes. U kunt ook lopen maar
als u de auto meeneemt staat deze al in de goede
richting voor het vervolg van de dagtrip naar de linker
Maasoever. Tegenover de Tranchée de Baïonnettes is een
parkeerplaats.
De Tranchée
de Baïonnettes
Hier vinden we een monumentaal gedenkteken uitgevoerd in
beton waaronder een aantal soldaten van het 137ste
Regiment Infanterie begraven ligt. Over die gesneuvelden
werd na de oorlog een bijzonder verhaal verteld.
Een voormalig commandant van dit regiment bezocht in
1919 het slagveld. Hij ontdekte een rij bajonetten die
uitstaken boven een oude loopgraaf die zich op de plaats
van het huidige monument bevond. Er bleken hier lichamen
van Franse gesneuvelden te liggen die hun geweren niet
in hun handen hadden. Die geweren stonden op een rij
tegen de borstwering. En de lichamen vertoonden geen
uiterlijke tekenen van verwondingen.
Hij concludeerde vervolgens dat, bij een zwaar
bombardement tijdens de gevechten op 12 juni 1916, de
soldaten die zich in deze loopgraaf bevonden hier levend
begraven moesten zijn. Hij maakte het verhaal daarna
wereldkundig en kranten over de hele wereld publiceerden
artikelen over deze tragedie. Hiermee was een legende
geboren.
De rijke Amerikaanse bankier Gerard F. Rand las het
bericht. Hij werd zo geraakt door dit drama dat hij uit
eigen middelen een bedrag van 500.000 Fr. fr. ter
beschikking stelde waarmee een monument voor deze Franse
helden kon worden opgericht. Rand heeft het gedenkteken
zelf nooit gezien. Kort na de ondertekening van de
cheque kwam hij door een vliegtuigongeluk bij Croydon
(Londen) om het leven.
|
Het monument Tranchée de Baïonnettes vroeg in de
twintiger jaren vdve.
Let op de afwezigheid van begroeiing rond het
monument en op de achtergrond.
Dat is inmiddels wel veranderd - dat geldt trouwens
voor het gehele slagveld!
(●
Klik op de afbeelding of
hier
voor een vergroting) |
Als architect werd de Verdun-veteraan André Ventré
aangezocht die ook de kathedraal van Verdun had
gerestaureerd. Deze besloot de restanten van de
loopgraaf zoveel mogelijk intact te laten en het
monument over de loopgraaf heen te bouwen. Op 8 december
1920 werd het monument door de Franse president
Alexandre Millerand ingewijd.
Volgens de 'L'Illustration' van 11 december 1920 werden
tijdens de bouw 57 lijken gevonden. Hiervan werden 40
geïdentificeerd die zijn overgebracht naar de de
begraafplaats van Fleury (de latere Nationale
Begraafplaats) tegenover het Ossuarium. De overige
lichamen waren niet identificeerbaar en werden begraven
in de loopgraaf. Onder hen bevinden zich de stoffelijke
resten van vier officieren. De bajonetten werden
herplaatst – de geweren niet. Omdat de bajonetten
voortdurend gestolen werden door souvenirjagers staan er
tegenwoordig houten kruisen op het graf waarop als
tekst: ‘Soldat inconnu’ vermeld staat.
Later werd overigens de ware geschiedenis bekend. Een
ooggetuige, luitenant Poliman die daar in diezelfde
periode had gevochten, verklaarde dat de overlevenden
van een compagnie van het 137ste Regiment Infanterie
zich na zware gevechten hadden overgegeven aan de
Duitsers. De loopgraaf lag vol gesneuvelden en werd door
de Duitsers dichtgegooid. Zij lieten de geweren met
opgezet bajonet boven de toegedekte loopgraaf uitsteken
opdat deze plek later teruggevonden kon worden. Er
zouden 39 bajonetten boven de loopgraaf hebben
uitgestoken.
|
Het monument zoals afgebeeld op een ansichtkaart uit
de twintiger jaren vdve |
Het monument van André Ventré wordt door velen
verafschuwd. In de reisgids Velden van Weleer zeggen de schrijvers:
‘[…] het beeld dat wordt opgeroepen in de pseudo-gewijde
sfeer die er hangt: een onooglijke en onmogelijke
betonnen constructie (…) boven een lapje grond waar
drommen toeristen vergeefs naar de inmiddels weggeroeste
stukken ijzer zoeken. Bedoeld als een gedenkteken van de
waanzin van Verdun, is het er één van de kermis
geworden.’ Een andere auteur spreekt over ‘het grootste
kitschmonument van het slagveld’.
U kunt het ook beschouwen als een sobere reliekschrijn
in een omgeving die geen versiering duldt. De vormgeving
past in de omgeving: een onvergankelijke, zware betonnen
bunker waarin de plek zichtbaar is waar de
overblijfselen van martelaren, die hun leven hebben
gegeven ‘Pour la Patrie’, voor eeuwig zullen rusten.
U moet zelf maar oordelen. Maar voordat u het monument
bereikt loopt u door een poort. Let eens op de bijzonder
fraaie gietijzeren deur: een prachtig voorbeeld van
siersmeedkunst. |
|
Het middagprogramma
Bezoek aan de linker oever van de Maas – (geplande
tijdsduur 13.00 – 18.00)
Rijd nu vanaf de Tranchée de Baïonnettes (of vanaf het
Ossuarium de Douaumont) naar Bras-sur-Meuse. Langs de
weg die u volgt vanaf de Tranchée de Baïonettes, ziet u
na korte tijd aan de rechterkant een weg die leidt naar
de Ouvrage de Froideterre en even daarna, aan uw
linkerhand, de Abri des Qautre Cheminées die direct aan
de weg gelegen is. Dit waren twee versterkingen waar
zwaar gevochten is tijdens de Slag om Verdun. Als er nog
tijd over is kunt u ze (even) bekijken.
Vlak voordat u het dorp Bras-sur-Meuse inrijdt vindt u
de Nécropole nationale de Bras-sur-Meuse aan uw
linkerhand met een parkeerplaats bij de ingangspoort.
|
De Nécropole nationale
van Bras-sur-Meuse in de twintiger jaren vdve
(●
Klik op de afbeelding of
hier
voor een vergroting) |
Bij het grote kruispunt in Bras-sur-Meuse volgt u de weg
naar Charny sur Meuse (zie de wegwijzer) op de linker
Maasoever. Rijd daarna naar het fraaie museum van
Jean-Paul en Brigitte de Vries. Wacht met het instellen
van de TomTom tot u over de Maas bent gekomen – de
Tomtom wijst wel eens een route aan die wij niet willen.
6 - Bezoek aan het Museum Romagne 14-18
(Website: Museum
Romagne 14-18)
Het adres is van het museum is:
2 Rue de l’Andon
Romagne sous Montfaucon
(telefoon:
33 3 29 85 10 14)
Let op: museum en sandwicherie zijn gesloten op
woensdag.
Verder geopend op alle middagen van 13.00 – 18.00 uur
behalve dus op woensdag.
In de maanden december, januari en februari alleen op
afspraak.
Contoleer voor alle zekerheid nog even de
openingstijden
op de museum-website.
De afstand Verdun tot Romagne is ongeveer 40 kilometer.
De aan het Museum Romagne 14-18 verbonden Sandwicherie
zijn geopend om 13.00 uur behalve op woensdag dan zijn
ze gesloten – controleer
voor alle zekerheid de openingstijden via hun website.
De reden van het advies om naar Romagne te gaan is dat u hier heerlijk kunt
lunchen en het museum kunt bekijken en dat van hieruit
het bezoek aan de andere bezienswaardigheden zijn gepland.
Maar u mag natuurlijk ook eerst lunchen in L'Abri des
Pélerins, een café-restaurant met een bijzondere
architectuur, dat zich op loopafstand bevindt van het
Ossuarium. (Een uiteraard is een lunchpakket voor onderweg ook
meer dan prima!)
Museum
Romagne 14-18
Het plaatsje Romagne-sous-Faucon was in die tijdens de
oorlog een
belangrijk troepencentrum en logistiek knooppunt in het
Duitse achterland. De officieren waren gelegerd in het
dorp en de manschappen waren ondergebracht in barakken
en schuren in de omgeving.
In deze kampementen achter
het front, waar het leven van alledag zo’n beetje
‘gewoon’ doorging, kregen de Duitse troepen rust na de
frontdienst en werden de gelederen weer aangevuld.
Daar werd naast exercitie en oefening om fit te blijven,
ook gegeten en gedronken, muziek gemaakt en werden
brieven geschreven en zelfs diverse vormen van kunst
bedreven.
|
Romagne-sous-Montfaucon voor de
oorlog. Het huis rechts op de foto is in de
oorlog
een Duitse officiersmess geweest. Na de oorlog
was het dorp platgebombardeerd.
Op deze plaats is het huis gebouwd waar
thans het Museum Romagne 14-18 is gevestigd.
|
Het Museum Romagne 14-18 stelt op een bijzondere manier
die verschillende persoonlijke aspecten ten toon. Maar
ook het oorlogsmaterieel waarmee de soldaten in
aanraking kwamen in de voorste linies is ruimschoots
aanwezig.
Wat Jean-Paul de Vries in de loop der jaren verzamelde
tijdens zijn speurtochten in de omgeving van Romagne,
vond een plaats in zijn museum waar niet eens genoeg
ruimte is voor zijn hele collectie. Zo is de
privé-collectie van Jean-Paul de Vries vanaf 1976
uitgegroeid tot deze omvangrijke tentoonstelling in dit
plezierige, informele museum over de Eerste
Wereldoorlog.
|
Een deel van de collectie van
het Museum Romagne 14-18
(© Foto:
Hans de Regt) |
Omdat Museum Romagne 14-18 geen officieel museum is mag
Jean-Paul geen toegangsprijs vragen. De bezoekers mogen
wel een vrijwillige bijdrage achterlaten die vorig jaar
gemiddeld € 5,00 per bezoeker was. In het museum zijn
trouwens ook allerlei bodemvondsten te koop.
Laat u rondleiden door Jean-Paul de Vries, hij kan zeer
aanstekelijk en met kennis van zaken vertellen over zijn
collectie en u zult veel leren over het leven van de
gewone soldaat ten tijde van de Eerste Wereldoorlog.
7 - Bezoek aan de
Duitse begraafplaats Romagne-sous-Montfaucon
Vlak om de hoek bij het Museum, op loopafstand, ligt de
Duitse begraafplaats Soldatenfriedhof
Romagne-sous-Montfaucon. Volg de borden – het kan niet
missen.
Eerste even iets over de Duitse begraafplaatsen in
Frankrijk: in Frankrijk zijn in de Eerste Wereldoorlog
930.000 Duitse soldaten om het leven gekomen. Van hen
rusten 771.000 op 192 Duitse begraafplaatsen in
Frankrijk. Een aantal van 461.000 is begraven in
afzonderlijke graven en 294.000 in massagraven (Kameradengräbern).
Een aantal van 16.000 Duitse militairen ligt begraven op militaire
kerkhoven van andere naties of op Franse
burgerbegraafplaatsen.
Op deze fraai aangelegde Duitse begraafplaats rusten
1.412 Duitse doden en vier Franse doden uit de Eerste
Wereldoorlog. Al vanaf eind augustus 1914, toen de
gevechten om de Maasovergangen plaatsvonden, werden in
Romagne meerdere Duitse lazaretten en verbandplaatsen
gevestigd. Gesneuvelden en zwaargewonden die bezweken
aan hun verwondingen vonden een rustplaats op de
begraafplaats die de Duitsers in september aanlegden
naast de gemeentelijke begraafplaats.
Veel doden vielen tussen september 1914 en gedurende het
jaar 1915 bij de zware gevechten in het gebied tussen
het Bois d’Argonne en de Maas - in het bijzonder in het
gebied tussen Varennes en Vauquois. De meeste van de
hier liggende gesneuvelden kwamen om het leven bij de
gevechten om de Côte 304 en de Morte-Homme die tijdens
de Slag bij Verdun plaatsvonden vanaf maart 1916 toen de
Duitsers de aanval op Verdun inzetten vanaf de linker
Maasoever.
Daarna werden hier nog de slachtoffers begraven van de
Franse tegenoffensieven in de herfst van 1916 en
augustus 1917 en van de grote aanvallen in september en
oktober 1918 toen de geallieerden de Duitsers dwongen
tot de terugtocht.
|
Soldatenfriedhof Romagne-sous-Montfaucon (©
Foto: Hans de Regt) |
Achterin de begraafplaats en rechts van de ingang zijn
individuele monumenten en enige originele grafzerken uit
de Eerste Wereldoorlog te zien. Het 6e Duitse Reserve
Korps richtte op deze begraafplaats al in 1915 een
gedenkteken op voor zijn gevallenen. Na de oorlog raakte
het kerkhof in verval, het hoogstnodige onderhoud
geschiedde door vrijwilligers.
De verwaarloosde begraafplaats kon pas weer worden
aangepakt toen de in december 1919 opgerichte
Volksbund
Deutsche Kriegsgräberfürsorge
hiervoor, op grond van een in 1926 afgesloten
overeenkomst met Frankrijk, toestemming verkreeg van de
Franse militaire autoriteiten.
In 1932 begon men met de aanplant van de lange rijen
sparrenbomen die de begraafplaats zijn huidige aanzien
geven. De provisorische houten kruisen werden vervangen
door nogal ongebruikelijke, in leisteen uitgevoerd
kruisen waarop de naam en sterfdatum van de dode vermeld
waren.
Op enige afstand van de weg is
een gedenkruimte is opgenomen die uitgevoerd werd in
natuursteen. In de zijwand hiervan is een
Piëta afgebeeld die is uitgevoerd in een met de hand ingelegde
mozaïekvorm die beschermd wordt door een kunstig
gesmeed traliewerk. [Een Piëta is oorspronkelijk een
voorstelling van Maria die het dode lichaam van Jezus op
de schoot draagt. In de moderne uitvoering ziet men een
treurende moeder die het dode lichaam van haar zoon op
de schoot draagt. Deze verbeelding wordt vaak gebruikt
voor oorlogsmonumenten.]
De begraafplaats Romagne-sous-Montfaucon is een van de
weinige Duitse soldatenkerkhoven uit de Eerste
Wereldoorlog die bijna volledig
voltooid was voordat het werk van de Volksbund door
gebrek aan deviezen in het midden van de dertiger jaren
van de vorige eeuw tot stilstand kwam.
Pas vanaf juli 1966 kon de Volksbund Deutsche
Kriegsgräberfürsorge, na het afsluiten van de
Deutsch-französischen Kriegsgräberabkommens, weer
officieel beginnen met het onderhoud en de aanleg van de
Duitse begraafplaatsen, daarbij financieel gesteund door
de Bondsregering. Tot die tijd deden vrijwilligers dit
onderhoudswerk. In 1973 werden talrijke sparren
vervangen nadat ze onherstelbaar beschadigd waren door
hevig noodweer. Ook de grafzerken, die aan vervanging
toe waren, zijn toen vernieuwd.
Alle 1.412 gevallenen rusten in een afzonderlijk graf.
Van 65 van hen is de naam niet bekend. Een aantal graven
behoort toe aan gevallenen die het joodse geloof waren
toegedaan. Zij hebben op religieuze gronden geen kruis
als grafteken maar een grafzerk uit natuursteen met
daarop de Hebreeuwse tekst: "Hier ligt begraven" [naam +
datum] "Moge zijn Ziel blijven voortbestaan in de
gemeenschap der levenden."
8 - Bezoek aan de Amerikaanse begraafplaats in
Romagne-sous-Montfaucon
De
Meuse-Argonne American Cemetery is, evenals het bezoekerscentrum,
dagelijks geopend tussen 9.00 en 17.00 uur behalve op 25 december en op 1 januari.
Volg de borden vanaf het museum naar deze begraafplaats.
Een ware verrassing: U komt zonder enige
overgang van het Franse platteland, op een perfect onderhouden
Amerikaans parklandschap ter grootte 52 hectares die bij
de ingang en de uitgang wordt bewaakt door hoge witte
zuilen met daarop de Amerikaanse adelaar staat te waken. Een
vergelijking in sfeer en uitvoering tussen deze
Amerikaanse en de zojuist bezochte Duitse begraafplaats,
dringt zich onmiddellijk op.
Op deze erebegraafplaats overheerst tussen de
gladgeschoren gazons en de witte kruisen (hetzelfde
geldt voor de Britse begraafplaatsen) een sfeer van
verzoening met en aanvaarding van de dood van zoveel
soldaten. Bij de Duitse en in mindere mate ook bij
Franse oorlogsbegraafplaatsen ervaart men eerder de
uitstraling van een nog steeds bestaande sombere, niet
aanvaarde treurnis over de gevolgen van deze oorlog.
|
Een
ansichtkaart uit de twintiger jaren van de Meuse-Argonne American Cemetery.
De situatie is onherkenbaar veranderd in de loop
der jaren.
(●
Klik op de afbeelding of
hier
voor een vergroting) |
De Meuse-Argonne American Cemetery is de grootste
Amerikaanse begraafplaats van Europa. Hier liggen 14.246
Amerikanen begraven van wie 486 niet konden worden
geïdentificeerd. De meeste van hen zijn gesneuveld
tijdens het grote Meuse-Argonnen-offensief dat
plaatsvond tussen 26 september en 11 november 1918.
Hierbij waren 1.000.000 Amerikaanse militairen ingezet.
Het
terrein van de begraafplaats ligt op de oude frontlinie van het Meuse-Argonne-offensief en is door de Franse
regering in permanente bruikleen afgestaan aan de
Verenigde Staten.
De begraafplaats is in gebruik genomen op 14 oktober
1918 en ligt in een gebied dat ooit werd veroverd door
de Amerikaanse 32ste US Division.
De graven zijn
verdeeld in acht van elkaar gescheiden afdelingen
(‘plots’) elk omzoomd door lindebomen. Elk graf heeft
zijn eigen marmeren grafsteen in de vorm van een kruis;
de graven van gesneuvelden die het Joodse geloof waren
toegedaan, hebben de vorm van een zerk en dragen in de
top een Davidster.
De tekst op elke grafsteen vermeldt de naam van de
militair, rang, militaire eenheid, de Amerikaanse staat
van herkomst en de datum van overlijden. In
tegenstelling tot de Britten vermelden de Amerikanen
geen leeftijd op de steen. Op de grafstenen van de 486
niet-geïdentificeerde militairen staat de tekst: ‘Here
rests in honored glory an American soldier known but to
God.
|
De overdekte
galerij met links de namen van de 954 vermiste
Amerikanen |
Bij het bezoekerscentrum bevindt zich de Memorial Chapel
waarnaast op de muren onder een overdekte galerij, de
namen zijn aangebracht van 954 vermiste Amerikanen.
U kunt in dit 'park' per auto rondrijden en/of de auto
parkeren bij het bezoekerscentrum waar zich ook de Memorial Chapel met de namen van de vermisten bevindt,
om van daaruit een wandeling maken over deze zeer
indrukwekkende begraafplaats.
9 Bezoek aan Mémorial Américain en village détruit te
Montfaucon d’Argonne
Verlaat de Amerikaanse begraafplaats via de ‘achterkant’
en rijd via Cunel en Nantillois naar het dorp Montfaucon d’Argonne door het mooie lichtgolvende Noord-Franse
landschap.
Tussen Cunel en Nantillois ligt Soldatenfriedhof
Nantillois dat u eventueel nog even, als de tijd het
toelaat, vanwege de fraaie situering kunt bekijken. Hier
liggen 918 Duitse doden uit de Eerste Wereldoorlog
vooral afkomstig uit de gevechten rond de Côte 304 en de
Morte-Homme.
Dit Soldatenfriedhof
Nantillois is mooi gelegen tegen de bosrand. De
kameraden van de 54e Infanterie Divisie, die zich na de
oorlog over deze begraafplaats hadden ontfermd, brachten
een geldbedrag bij elkaar waardoor het mogelijk was op
deze plaats het grote, centraal geplaatste,
herdenkingskruis op te richten. Toen werden ook de
bomen geplant en werd de ingangspartij met poort en
natuursteenmuren gebouwd.
Mémorial
Américain de Montfaucon d'Argonne
Boven op de heuvel staat het Mémorial Américain, een 58
meter hoge Dorische zuil met daar bovenop een Statue of
Liberty. Voor het monument ligt een royale
parkeerplaats. Er is daar ook een informatiekiosk –
openingstijden waren echter onduidelijk.
|
Het Mémorial Américain.
Op deze foto uit de twintiger jaren vdve is
nog duidelijk het de oude dorp Montfaucon d'Argonne te
zien.
(●
Klik op de afbeelding of
hier
voor een vergroting) |
Het oorspronkelijke dorp Montfaucon d'Argonne, dat in de oorlog volledig
verwoest werd, ligt vlak achter het Mémorial. Het is een van
de 'villages détruits' die als monument worden bewaard.
Er staan daar nog resten van de oude kerk en een weer
opgebouwde Duitse observatiepost. Op het daarnaast
gelegen dorpskerkhof staat een oorlogsmonument ‘Aux
enfants de Montfoucon mort pour la Patrie’.
Die wederopgebouwde Duitse observatiepost toont het
belang van deze heuvel: wie de hooggelegen posities
beheerste kon de gehele omgeving domineren. Tijdens de
oorlog hadden de Duitsers de hooggelegen posities in
handen in de dorpen Romagne-sous-Montfaucon, Cunel en
Montfaucon d’Argonne. Zij hadden hier zwaar versterkte
posities gebouwd en het was de taak van de Amerikaanse
troepen deze versterkingen aan het einde van de oorlog
te veroveren.
|
Village
détruit te Montfaucon d’Argonne (©
Foto: Hans de Regt) |
Vlak voor de slag waren midden in de nacht 200.000 man
Franse troepen in alle stilte teruggetrokken uit de
voorste linies en vervangen door 600.000 Amerikanen. De
Duitsers schijnen hier niets van gemerkt te hebben tot
het te laat was. Op 26 september 1918 opende de
Amerikaanse artillerie om 2.30 uur een drie uur durend
bombardement op de Duitse linies. Om 5.30 uur begon de
grote Amerikaanse aanval op Montfaucon.
De Duitsers boden verbeten tegenstand en het duurde tot
de middag van de volgende dag voordat Montfaucon door de
Amerikanen was veroverd. Dit oponthoud gaf de Duitsers
de gelegenheid versterkingen aan te voeren waardoor het
nog tot 14 oktober zou duren voordat de Amerikanen erin
slaagden de dorpen Romagne-sous-Faucon en Cunel te
veroveren.
10 - Bezoek aan het Pennsylvania Memorial te
Varennes-en-Argonne
Rijd vanaf Montfaucon (over de D998) naar
Varennes-en-Argonne door het beboste en heuvelachtige
terrein van het Argonne-gebied.
Varennes-en-Argonne werd in 1914 door de Duitsers op de
Fransen veroverd, ze zouden er uiteindelijk tot eind
september 1918 blijven. Varrenes is in Frankrijk vooral
bekend als de plaats waar koning Lodewijk XVI in 1791,
ten tijde van de Franse Revolutie, werd aangehouden toen
hij met zijn gezin trachtte te ontvluchten uit Parijs.
Het was zijn bedoeling om aan het hoofd van een loyaal
leger naar de Franse hoofdstad terug te keren om zijn
gezag te herstellen.
De koning werd echter herkend door burger Drouet, in
Varennes tot staan gebracht en gevankelijk teruggevoerd
naar Parijs. In 1793 zou hij onder de guillotine zijn
hoofd verliezen, waarna Frankrijk een republiek werd.
Het Tour de l’Horloge, de klokkentoren die u tegenkomt
als u de hoofdweg volgt, herinnert aan deze historische
gebeurtenis: op deze plaats werd koning Lodewijk XVI
gearresteerd.
Bezoek aan
het Pennsylvania Memorial
Even voorbij deze klokkentoren ligt aan de rechterkant een
door de Amerikaanse staat Pennsylvania geschonken
oorlogsmonument: het Pennsylvania Memorial. Er is
voldoende parkeerruimte langs het plantsoentje dat voor
het monument ligt.
|
Het Pennsylvania Memorial
in Varennes-en-Argonne. |
Dit grote gedenkteken in klassieke stijl, dateert uit
1927 en staat bovenop Duitse bunkers uit de Eerste
Wereldoorlog. Het monument herdenkt de uit Pennsylvania
afkomstige soldaten die in 1918 sneuvelden. Twee
zuilenrijen worden gescheiden door een platform waarop
een grote bronzen urn staat. Vanaf het monument heeft
men een weids uitzicht over de vallei van het riviertje
Aire.
Even verderop ligt het
Musée d’Argonne, een klein
streekmuseum met aandacht voor de arrestatie van
Lodewijk XVI, de streekgebruiken en het in de buurt
geproduceerde porselein. Ook de gevechten in de Argonne
tijdens de Eerste Wereldoorlog en de mijnenoorlog in
Vauquois komen in dit museum aan de orde.
Als u nog tijd heeft is het wellicht de moeite waard het
museum te bekijken. De openingstijden zijn kloppen soms
niet helemaal met wat er vermeld wordt - tussen de
middag is het museum in ieder geval gesloten.
11 - Bezoek aan de
Butte de Vauqois (de Heuvel van Vauquois)
Rijd vanaf Varennes-en-Argonne naar de Butte de Vauquois
via de D946 naar het dorp Boureuilles. Voor het
gemeentehuis (aan de linkerkant van de weg) van deze
plaats staat een groot Eerste Wereldoorlog monument.
Daar slaat u linksaf – er staat natuurlijk ook een
wegwijzer.
Eventueel kunt u de TomTom gebruiken – het adres dat Les
Amis de Vauquois opgeven is hun ‘adresse postale’:
1, Rue d'Orléans
55270 Vauquois.
U zult ongetwijfeld een heel eind in de buurt van de
Butte komen.
Nadat u linksaf geslagen bent volgt u de wegwijzers – het duurt even voor u de
eerste tegenkomt maar ze staan er echt. De toegang tot
de Butte is een smal weggetje aan de linkerkant langs
een paar huizen, maar dat leidt naar een ruime
parkeerplaats. Hier staat ook een gebouwtje waar
een klein museum is ingericht.
De Butte de Vauquois is vrij toegankelijk. De
onderaardse gangen zijn uitsluitend te bezoeken op
afspraak onder deskundige Franse leiding. Aanmelding
dient (ruim) van tevoren te gebeuren per email:
amis.vauquois@wanadoo.fr.
De
mijnenoorlog rond de Butte de Vauquois
(Websites:
De mijnenoorlog rond Vauquois en
Butte de Vauquois)
Een militaire wet luidt: wie de hoogte beheerst
domineert de omgeving.
De 50 meter boven het landschap
uitstekende heuvel waarop ooit het dorp Vauquois gelegen
was, werd daarom door zowel de Duitsers en als de Fransen beschouwd als
strategisch zeer belangrijk. Het was een observatiepost
voor de artillerie waardoor degene die de heuvel bezet
had de weg- en spoorwegverbindingen tussen Verdun en Ste-Ménehould volledig kon beheersen.
De Duitsers bezetten de heuvel van Vauquois op 24
september 1914. Pas op 4 maart 1915 wisten de Fransen de
zuidelijke helft van het inmiddels volledig in puin
geschoten dorp Vauquois te bezetten. Dit ging ten koste
van zware verliezen; alleen al bij de aanvallen tussen
28 februari en 4 maart 1915 werden 3.000 mannen gedood,
gewond of vermist.
|
Eén van de kraters van Vauquois op een foto vlak na
de oorlog opgenomen.
Let op de diepte van de krater afgemeten naar de
menselijke figuur.
(● Klik op de
afbeelding of
hier
voor een vergroting) |
De Fransen groeven zich in aan de zuidkant van het dorp
en de Duitsers groeven zich in aan de noordkant. De
loopgraven lagen soms niet meer dan een steenworp van
elkaar verwijderd. Geleidelijk aan verplaatste de strijd
zich onder de grond.
De heuvel van Vauquois (1.500 meter
lang, 50 tot 250 meter breed en 10 tot 50 meter hoog)
werd een reusachtig mierennest met meer dan 17 kilometer
mijnschachten, gangen en aftakkingen waarin ondergrondse
ruimtes waren aangelegd voor manschappen,
commandoposten, telefooncentrales, magazijnen enz.
Onder de heuvel van Vauquois werd een gruwelijke
mijnenoorlog uitgevochten: tijdens de oorlog zijn er 519
explosies geteld (199 aan de Duitse kant en 320 aan
Franse zijde). De mijnen werden dieper en dieper met
steeds grotere ladingen explosieven.
Op 14 mei 1916
lieten de Duitsers een mijn van naar schatting 60 ton
exploderen waarbij 108 slachtoffers vielen en de gehele
westkant van de heuvel werd weggeslagen. Het was een
strijd die uitsluitend was gericht op wederzijdse
vernietiging zonder dat er uitzicht bestond op een
doorbraak van de linies.
|
Duitsers aan hun kant van de steile heuvel bezig met
het afvoeren van grond
met een kabelwagentje. De ingangen in de heuvel zijn
rechtsboven te zien. |
Toen de Amerikanen op 26 september 1918 de streek
bevrijdden zagen ze op deze plaats een troosteloos
landschap met een heuvel die compleet in tweeën was
gespleten door een rij van 13 enorme kraters van 10 tot
20 meter diep die de Franse linies scheidde van de
Duitse linies.
De Butte de Vauquois is als slagveld uit de Eerste
Wereldoorlog nog geheel intact. Hier zijn de gevolgen
van deze oorlog voor eeuwig in de bodem van de Meuse en
de Argonne uitgehakt. Er is een overeenkomst getekend
tussen de Franse staat en de 'Association des Amis de
Vauquois et de sa Région' waarin is vastgelegd dit
Franse erfgoed te bewaren, te restaureren en te
onderhouden als een blijvende herinnering aan de oorlog
die in dit gebied is gevoerd.
Bezoek aan
de Butte de Vauquois
Volg het pad dat nogal steil omhoog loopt. Na enige
inspanning komt u op het plateau waar zich het monument
bevindt. Er staan informatieborden. Let op het uitzicht
over de omgeving vanaf deze plaats.
Ga hierna via de trap door de één van de kraters naar
overkant: de Duitse kant van de heuvel. Hier zijn de
Duitse loopgraven te zien in goed gerestaureerde vorm.
In 2005 was hier een groep jonge soldaten van de Bundeswehr bezig, samen met Duitse jongelui, de
vervallen loopgraven zo goed mogelijk te herstellen en
die werkzaamheden zijn nog niet beëindigd. Het is ze
goed gelukt – het geheel maakt een authentieke indruk.
|
Monument van Vauquois (bovenin de toren zou ook 's
nachts een lamp
branden net als in Verdun - het is niet bekend of
dat ook werkelijk 's nachts brandt)
|
Vanaf de Duitse kant zijn ook de ondergrondse gangen te
bereiken maar dit kan uitsluitend onder begeleiding van
een Franse gids nadat van tevoren een afspraak is
gemaakt. Indrukwekkend en vooral beklemmend is zo’n
ondergrondse tocht.
Nadat een compleet dorp geheel was
weggevaagd, werd de strijd gedurende de rest van de
oorlog ondergronds voortgezet in een uitgebreid labyrint
van gangen met alle mogelijke voorzieningen, van
ziekenzaaltjes en wachtruimtes tot
luchtverversings-systemen en ondergrondse smalspoorbanen
aan toe. Wat zich hier tijdens de ontploffingen moet
hebben afgespeeld gaat de verbeelding te boven.
Ga terug naar de overkant. Als u met uw rug naar het
monument staat (let op het fraaie beeld van de
verpletterde soldaat en de soldaat die een handgranaat
gooit) ziet u in de bosrand de toegang tot een pad. Volg
dit pad dat loopt langs de achterzijde van de Franse
stellingen in de heuvel van Vauquois.
Ook aan de Franse
kant worden allerlei onderdelen van de oude frontlinie
weer hersteld waardoor er veel interessante zaken te
zien zijn. Dit langzaam aflopende pad brengt u na enige
tijd weer terug bij de parkeerplaats.
12 - Terug naar Verdun over de Voie Sacrée (Heilige Weg)
Rij terug naar Verdun of programmeer de TomTom op:
Verdun - Avenue de la Victoire 8. U rijdt dan naar
het centrum van Verdun waar u aan de Maas een
welverdiend glas bier kunt drinken. Denk erom dat er in
Verdun tot 19.00 uur parkeergeld betaald moet worden.
Tot die tijd zijn de winkels ook open – ook op zaterdag.
|
Het Monument à la
Victoire te Verdun
|
Ook kunt u
ga dan ook nog even een bezoek brengen aan het Monument
à la Victoire (1929) met de ridderfiguur die hoog
uittorent boven de stad. In de crypte bevindt zich het
Livre d'Or met daarin de namen van alle strijders die in
en om Verdun vochten. Tot vier jaar geleden
waren er geen trapleuningen bevestigd langs de lange
trap. Tegenwoordig loopt er zelfs een heuse waterpartij
naar beneden.
|
Verdun na 1916 met de Maas op de voorgrond en de
kathedraal hoog boven op de heuvels
(● Klik op de afbeelding of
hier
voor een vergroting) |
|
Place Mazel na
1916. Als u de trap afdaalt van het Monument à la
Victoire staat u in
de Rue Mazel. Naar rechts lopend komt u op dit
kleine pleintje. In de linkerhoek zit
thans een viswinkel. Iets verderop in de Rue Mazel
vindt u een chocolaterie waar ze
inderdaad nog steeds granaten van chocolade
verkopen. Souvenir de Verdun!
(● Klik op de afbeelding of
hier
voor een vergroting) |
|
Als Als u de trap
afdaalt van het Monument à la Victoire en u loopt
rechtdoor komt u
bij de Maas. Op de hoek van deze straat en de
maaskade vindt u Hôtel du Coq Hardi.
In de oorlog was daar een commandopost
ondergebracht. Tijdens de Slag om Verdun
is het hotel behoorlijk in puin geschoten zoals u
hierboven kunt zien.
(● Klik op de afbeelding of
hier
voor een vergroting) |
|
En loop ook nog even naar de
overkant van de Maas. Daar staat
het
Monument aux Morts met als opschrift Aux Enfants de
Verdun morts pour la Franse.
Het monument gedenkt ook de doden van 1939-19145.
Het toont vijf uit verschillende
legeronderdelen afkomstige militairen die schouder aan schouder staan.
|
De Voie
Sacrée (Heilige Weg)
Als het goed gaat rijdt u de laatst zes kilometer voor
Verdun nog over een stukje van de beroemde Voie Sacre
die tijdens de Slag om Verdun de levensader was voor
Verdun. Langs deze weg, die de verbinding vormde tussen
Verdun en het spoorwegknooppunt Bar-le-Duc, werd alles
aangevoerd wat nodig was om de strijd bij Verdun vol te
houden.
|
De kilometerpaaltjes die thans in moderne vorm,
herinneren
aan de Voie Sacrée tidens de Eerste Wereldoorlog |
Vlak voor Verdun (in de buurt van een rotonde)
staat nog een groot monument uit 1967 dat gewijd is aan
‘Ceux de Verdun en hommage à ceux de la Voie Sacrée’ en
werd aangeboden door de Fédération Nationale du Train.
Hieronder nog enige informatie over de Voie Sacrée.
Van levensbelang voor de gevechtskracht van het Franse
leger tijdens de Slag bij Verdun was de aan- en afvoer
van mensen en de aanvoer van voedsel, materialen en
munitie (vooral munitie omdat de slag rond Verdun zich
steeds meer ontwikkelde tot een artillerieslag - de
Duitsers spraken van een 'Materialschlacht'.
De Duitsers hadden in hun achterland een goedwerkend
spoorwegstelsel tot hun beschikking. Daarentegen bestond
de Franse verbinding tussen Verdun en het achterland
slechts uit een smalspoorbaan (Le Meusien genoemd) en
een in zeer slechte staat verkerende 75 km lange en 7
meter brede verkeersweg die voerde naar Bar-le-Duc, waar
zich de eerste aansluiting met het Franse spoorwegnet
bevond. Dit was de enige verbinding met het achterland:
deze weg vormde de navelstreng van Verdun.
Generaal Pétain (die toen tot opperbevelhebber was
benoemd over de
Franse troepen bij Verdun) besloot, net als bij de Slag
aan de Marne in 1914, vrachtauto's in te zetten om het
leger te bevoorraden. Dit was een voor die tijd
revolutionair plan omdat het gebruik van mechanische
tractie, ook bij de Duitsers, nog altijd een
zeldzaamheid was.
Het gehele traject van de Voie Sacrée werd ingedeeld in
vier zones. Vanuit steengroeven in de buurt, waarbij ook
Duitse krijgsgevangenen werden ingeschakeld, werd puin
aangevoerd waarmee de gaten in het wegdek voortdurend
werden gevuld. De massieve autobanden deden daarbij
dienst als wals.
|
De Voie Sacree links met rechts de smalspoorbaan
naar Bar-le-Duc
(● Klik op de
afbeelding of
hier
voor een vergroting) |
In de dorpen langs de weg werden sleepdiensten en
reparatiewerkplaatsen ingericht. Vrachtauto's met pech
werden zonder pardon terzijde geschoven: niets mocht de
levensader van Verdun blokkeren. Al na korte tijd kwam
er een onafgebroken stroom voertuigen van allerhande
aard op gang die bumper aan bumper reden.
Tussen 24 februari en 6 maart 1915, dus binnen 8 dagen
tijd, waren al 3.500 vrachtauto's ingeschakeld om
190.000 man troepen en 23.000 ton munitie van Bar-le-Duc
naar Verdun over te brengen. Men becijferde dat op het
hoogtepunt van de slag elke 14 seconden een voertuig
passeerde (dit zijn meer dan 250 voertuigen per uur) en
dat er meer dan 12.000 auto's inzetbaar waren. Per week
werden zo'n 50.000 ton goederen en 90.000 manschappen
over de weg vervoerd. Bij de slag om Verdun zijn meer
dan 2.000.000 Franse soldaten en is er meer dan
1.000.000 ton munitie (soms wordt zelfs 2.000.000 ton
genoemd) naar het front vervoerd.
De Franse auteur Maurice Barrès bedacht na de oorlog de
naam 'Voie Sacrée' (‘Heilige Weg’) voor deze weg die van
zo groot belang is geweest voor de strijd om Verdun. De
Voie Sacrée is trouwens nooit gebombardeerd door de
Duitsers. Het ligt voor de hand hiervoor een tactische
reden te verzinnen: om het 'leegbloeden' van het Franse
leger te kunnen realiseren moest er een ononderbroken
aanvoer van verse troepen gewaarborgd zijn en
bombardementen zouden de continue aanvoer immers doen
stagneren.' |
|
13 -
Voorbereidingen voor het bezoek aan Verdun
De kaart 10 Reims-Verun 3614 IGN (schaal 1: 100.000)
bewijst goede diensten voor de wijde omgeving van
Verdun. Onmisbaar bij een uitgebreid bezoek aan Verdun
is de kaart (ook verkrijgbaar in de gespecialiseerde
kaartenwinkels in Nederland) die uitgegeven wordt door
het Institut Géographique National onder nummer: - 3615
IGN - Forêts de Verdun et du Mort-Homme (schaal 1:
25.000).
En wie echt helemaal in de sfeer van de Eerste
Wereldoorlog wil geraken zou
‘De oorlogsdagboeken van Louis Barthas 1914-1918’ moeten
lezen. Prachtboek!
Wilt u meer weten over Verdun? Er uitstekende reisgidsen die u kunt
raadplegen:
▬
Richard Heijster – Een bezoek aan Verdun - Breukvlak
der beschaving
▬
Chrisje en Kees Brants – Velden van weleer (een
Westelijk Front reisgids)
▬
Aad Spanjaard – Historische route Verdun - Het
slagveld en de omstreken
Zie voor deze en andere boeken over WOI de
boekenpagina
van deze website.
Meer toeristische informatie is verkrijgbaar bij het
Office
du Tourisme de Verdun. |
|
▬
©
2008 - Menno Wielinga. De auteursrechten
van bovenstaand artikel
berusten bij de auteur.
Voor gehele of
gedeeltelijke overname is dan ook voorafgaande
schriftelijke toestemming vereist van de auteur. Opmerkingen
en aanvullingen worden ingewacht via emailadres:
▬
|
|
|