Winston Churchill als militair 
             tijdens de Eerste Wereldoorlog

homepage

Churchill vlak voor zijn vertrek naar het front

Bij onderstaand artikel werden door auteur Jan Schulenberg (een fervent Chuchilliaan] enige aanvullingen en verbeteringen ingezonden - in de onderstaande tekst wordt hiernaar [Aanvulling] verwezen.

Winston Churchill in de loopgraven

Wat had Winston Churchill, één van de grootste en kleurrijkste staatslieden van de 20e eeuw, te zoeken in de modder van het westelijk front tijdens WOI? Plichtmatige bezoekjes aan het kanonnenvoer? Diplomatieke missies? Niets van dat alles. Winston Churchill was er bataljonscommandant in de rang van eerste luitenant en vocht in de loopgraven bij het in België gelegen Ploegsteert. Was het een succes?


Het ontslag van Churchill
'It is very quiet on the front today'
Laurence Farm
A tremendous bang
'Put out that bloody light!'
'It is one long holiday for me'
Mistakes at Loos
Hoeveel aarde is er nodig om een kogel te stoppen?
Back in politics

  Het ontslag van Churchill
Nadat Churchill op 17 mei 1915 door premier Asquith werd gedwongen zijn ontslag als First Lord of the Admiralty in te dienen in verband met zijn leidende rol in het Dardanellen debacle kwam hij voor de vraag te staan: wat nu? In het nieuwe coalitiekabinet van conservatieven en liberalen was voor hem (de béte noir van de conservatieven) geen plaats meer en naar Churchill's inschatting zou dat kabinet de rest van de oorlog wel uitzitten. [Aanvulling] [Aanvulling]

Gelukkig kon Churchill de Britse opperbevelhebber in Frankrijk, Lord French, tot zijn persoonlijke vrienden rekenen. Hoewel hij vijftien jaar geleden als eenvoudige luitenant was afgezwaaid, zag Churchill hier volop nieuwe kansen. In oorlogstijd kun je tenslotte vele rangen overslaan. De leiding over een divisie, een korps, wie weet, een heel leger - dat moest er toch inzitten.

klik hier voor vergroting klik hier voor vergroting klik hier voor vergroting
Van links naar rechts: 
Churchill in gezelschap van Lloyd George (herfst 1915)
Churchill met zijn vriend Veldmaarschalk John French (zomer 1914)
Churchill in het uniform van de Royal Scotch Fuseliers

Helaas voor hem kwam in diezelfde tijd de positie van French op de tocht te staan. Hij kon niets meer voor zijn vriend doen. De legerleiding wil niet verder gaan dan Churchill de functie van bataljonscommandant aan te bieden in de rang van eerste luitenant. En zo kwam Churchill terecht in de loopgraven van Vlaanderen. [Aanvulling]

In Ploegsteert, om precies te zijn. Ploegsteert (Plug Street voor de Engelsen) was in 1915 herschapen in een onderkomen voor de militairen die hier hun kwartieren, dug-outs, kantines en cafés hadden. Ten oosten van het dorp strekten zich een aantal paden en verbindingsloopgraven uit die naar de frontlijn liepen. 

Dood en verderf loerden overal. Toen de Royal Scots Fuseliers hier arriveerden lag er al een aantal militaire begraafplaatsen rond het dorp: de grootste lag aan de weg naar Armentières, slechts een paar honderd meter van de plaats waar Churchill zijn hoofdkwartier zou vestigen.

De aflossing van de wacht door de 9e divisie (waar Churchill's 6e bataljon deel van uitmaakte) in deze sector was een routineaangelegenheid. Gedurende de honderd dagen dat het bataljon hier in de loopgraven zou doorbrengen bedroegen de verliezen 'slechts' vijftien doden en 123 gewonden. Wel wat anders dan de verschrikkingen van de slag om Loos in september 1915 waar de 9e divisie eerder bij betrokken was geweest en waarin het 6e bataljon meer dan de helft van zijn manschappen en driekwart van zijn officieren had verloren.

Churchill nam de leiding van het 6e bataljon van de Royal Scots Fuseliers op 4 januari 1916 over. Het maakte deel uit van de 9e Schotse divisie onder leiding van generaal-majoor Furse en telde dertig officieren en zevenhonderd manschappen. Het bataljonshoofdkwartier was gevestigd in de voormalige werkplaats van een religieuze orde die gelegen was aan de westkant van de weg van Ploegsteert naar Armentières. Churchill noemde dit het Hospice (hospitium). Het lag ongeveer vierhonderd meter van de London Support Farm waar het brigadehoofdkwartier gevestigd was onder leiding van brigadegeneraal Walshe. 

klik hier voor vergroting

Overzichtskaart van de omgeving van Ploegsteert


  'It is very quiet on the front today'
Als het bataljon in reserve lag was het gelegerd in en rond een drietal boerderijen (Soyer Farm, Delennelle Farm en Maison 1875). Toen Churchill in deze sector aankwam waren deze boerderijen nog ongeschonden en was ook het hospitium nog intact. Op 26 januari, zijn eerste nacht in het hospitium, schreef Churchill aan zijn vrouw: 'I am extremely well-lodged here - with a fine bedroom looking out across the fields to the German lines 3,000 yards away. Two nuns remain here and keep up the little chapel which is part of the building. They received me most graciously when I marched in this morning, saying that we had saved this little piece of Belgium from the Germans, who were actually there for a week before being driven out.... On the right and left the guns are booming: and behind us a British field piece barks like a spaniel at frequent intervals. But the women and children still inhabit the little town and laugh at the shells which occasionally buff into the old church. It is very quiet on the front today, and really from your point of view this is an ideal part of the line. It is very unlikely to be the scène of a big attack by either side. It has no great concentration of German artillery opposite it. The trenches are good, well wired, with a broad interval between the lines. The houses have been little damaged. Some of the men of the battalion we are relieving call it 'The Convalescent Home' (1) 

ChurchilI's bataljon was eigenlijk onderbemand:het telde slechts 700 man in plaats van de gebruikelijke 1050 en veel van de officieren waren jong en onervaren. Dit alles was een gevolg van de vreselijke verliezen in de slag om Loos. De bevelvoering over een bataljon was wel iets anders dan de functie van First Lord of the Admiralty, maar Churchill bekeek de zaak nogal nuchter. Vanuit zijn kamer op de Admiralty in Londen had Churchill uitgekeken over de Horse Guards' Parade naar de Cabinet Room in Downing Street 10. Zijn uitzicht vanuit zijn kamer in het hospitium bestond uit: '2 bright red pigs rooting about among the shellholes.'(2) 

De avond voordat het bataljon de loopgraven in zou gaan gaf Churchill een speech voor zijn officieren: '...Don't be careless about yourselves - on the other hand not too careful. Keep a special pair of boots to sleep in and only get them muddy in real emergency. Use alcohol in moderation but don't have a great parade of bottles in your dugouts. Live well but do not flaunt it. Laugh a little, and teach your men to laugh - great good humor under fire - war is a game that is played with a smile. If you can't smile grin. If you can't grin keep out of the way till you can...'(3) 

De manschappen waren bang dat de Duitsers op de hoogte zouden zijn van het feit dat Churchill het bataljon aanvoerde, maar Churchill deelde deze vrees niet: 'If they thought I was here they would have devastated the country for twenty square miles around.'(4) 

  Laurence Farm
Zonder incidenten nam het 6e bataljon de frontlinie over van het 2e South Lancashire bataljon. Churchill vestigde zijn vooruitgeschoven hoofdkwartier in een door granaten grotendeels vernielde boerderij die bekend stond als Laurence Farm. Hij beschreef zijn onderkomen aldus: 'The battalion HQ ... is about 500 yards from the trenches in a farmhouse. This is often good quarters. I have a small room to myself with a little cellar underneath where Archie [Sir Archibald Sinclair, zijn adjudant] thinks of establishing himself. The mess and orderly rooms are clean and waterproof. The place is however a target and has been hit by perhaps 8 or 10 shells, while many have fallen close around. There is a tolerable shelter in the barn - a corrugated steelhooped beehive loaded up with sandbags and bags of bricks and able to resist all ordinary shells. In this the HQ population take refuge when things get lively.' (5) 

klik hier voor vergroting klik hier voor vergroting klik hier voor vergroting
Van links naar rechts: 
Sir Archibald Sinclair en Winston Churchill, Armentières 11 februari 1916
Winston Churchill als burger in 1916
Lady Clementine Churchill - portret uit 1915

De sector die het 6e bataljon had overgenomen liep over een afstand van ongeveer 300 meter van het estaminet bij Le Gheer tot aan de Warnave beek, die vanaf Ploegsteert door de Duitse linies heen liep. De Britse linies bestonden uit twee parallelle loopgraven die door een aantal verbindingsloopgraven met elkaar waren verbonden. Het terrein was vlak. Churchill liet zijn oog vallen op een door granaatvuur verwoest klooster, waarvan hij de kelders droog wilde laten maken, om ze vervolgens te gebruiken als vooruitgeschoven hoofdkwartier. 

  A tremendous bang
Vanuit Laurence Farm stuurde Churchill een brief aan zijn vrouw met zijn culinaire wensen: 'About food - the sort of things I want you to send me are these - large slabs of corned beef: stilton cheeses; cream: hams: sardines - dried fruits: you might almost try a big beef steak pie but not tinned grouse or fancy tinned things. The simpler the better: and substantial too; for our ration meat is tough and tasteless: and here we cannot use a fire by daylight. I fear you find me very expensive to keep. Mind you bill me for all these apart from your housekeeping...' (6) 

De eerste keer bleef Churchill slechts twee dagen op Laurence Farm (alle overige keren 6 dagen). Churchill was trots op zijn prestaties en schreef op 29 januari vanuit het hospitium: 'The relief went off like machinery. No casualties; and all over in four minutes under the two hours I estimated for. Our companies marched into billets in admirable order going through the village in brisk parade step - unheard of outside the Guards. There is no doubt that officers and men try very hard to do everything I tell them. I am extremely pleased with the officers who are really working splendidly...'(7) 

Dat men hier ook achter de linies niet honderd procent veilig zat moge blijken uit een brief die Churchill naar zijn moeder zond: 'I had just had a splendid hot bath - the best for a month and was feeling quite deliciously clean, when suddenly a tremendous bang overhead, and I am covered with soot blown down the chimney by the concussion of a shell these careless Boches have fired too short and which exploded above our roof, smashing our windows and dirtying me! Well…it is an odd world, and I have seen a great deal of it...'(8)

  'Put out that bloody light!'
De volgende dagen die in het hospitium in de reservepositie werden doorgebracht werden niet in ledigheid gesleten: uitrustingsstukken moesten worden schoongemaakt en gerepareerd, munitie opgehaald, de linies met zandzakken worden verstevigd, artilleriesteun aangevraagd en er moest voor de voedselvoorziening worden gezorgd. Churchill had er handen vol werk aan. 

Op 1 februari ging het bataljon opnieuw voor zes dagen de loopgraven in. Churchill bracht vele uren in de voorste loopgraven door, waarbij hij zich nogal roekeloos gedroeg. Luitenant McDavid schreef hier later over: 'I have seen him stand on the fire step in broad daylight to encourage the Jocks, and to prove to the man on the fire step how little danger there was of being hit.'(9) 

Die nacht besloot Churchill de vooruitgeschoven posities van het bataljon in niemandsland met een bezoek te vereren. We laten McDavid weer aan het woord: 'The Colonel's first visitation of our posts in No Man's Land nearly brought the whole British Army into action. Clad in his long trench waterproof, shining knee-high trench boots and blue steel helmet, with his revolver and powerfull flash-lamp attached to his webbelt, he preceded me on the journey through the wire. All went well until we were within a few yards of the first post. Then enemy machinegun fire swept the sphere of operations. We all made a dive for the shelter of the shell crater, which was now somewhat overcrowded, and consequently we had to keep in a crouching position. Suddenly a blinding glare of light appeared from the depths of the hole and with it the CO's muffled request to 'Put out that bloody light!...'(10) Churchill was op zijn eigen zaklantaarn gevallen! 

  'It is one long holiday for me'
Churchill zette wel vaker zijn eigen (en andermans) veiligheid op het spel. Hakewel Smith (een van de officieren van het 6e bataljon) herinnert zich: 'He was like a baby elephant out in noman's land at night. He never fell when a shell went off; he never ducked when a bullet went past with its loud crack. He used to say, after watching me duck: 'It's no damn use ducking; the bullet has gone a long way past you by now.'(11) 

Churchill zocht het gevaar echter niet zo maar op. Hij wilde zijn manschappen tonen dat hij een van hen was en dat hij de gevaren van de loopgraven met hen deelde. Churchill trok zich weinig aan van granaten. Op zekere dag zette hij zelfs zijn schildersezel op in de binnenplaats van Laurence Farm. Voor zijn manschappen organiseerde hij een concert van de band van de 9e divisie in Ploegsteert. Na afloop van het concert bedankte hij de muzikanten die tijdens het concert door de Duitse artillerie onder vuur waren genomen met de opmerking: 'Lads I am sorry bringing you into such a precarious position but I am going to let you into a little secret. Last week the Germans had a band at the back of their lines playing to them and our artillery got them and all you saw was instruments and drums going into the air and I really wanted to see if their artillery were as good marksmen as ours.'(12) 

Op 3 februari werd de boerderij waarin Churchill verbleef getroffen door een Duitse artilleriegranaat waarbij de granaatkop dwars door zijn slaapkamer heensloeg. Hij stuurde het projectiel als souvenir aan zijn vrouw. Gedurende de zes dagen in de voorste loopgraven hadden de soldaten van het bataljon de kelders van het klooster leeggepompt en dit werd nu Churchill's vooruitgeschoven hoofdkwartier. Ondertussen trachtte hij zijn vrouw gerust te stellen door haar te laten weten dat hij niet echt in gevaar verkeerde. 'It is one long holiday for me... like my African journey.'(13) 

  Mistakes at Loos
Intussen hoopte Churchill wel op promotie (tot brigadegeneraal), maar noch Haig noch Asquith hebben dat zelfs maar een moment overwogen. Wel nam Churchill tijdelijk het bevel over de hele brigade op zich (vijf bataljons van in totaal 4000 man), maar dit was slechts een zaak van enkele dagen. Op het brigadehoofdkwartier maakt Churchill opnieuw kennis met de generaal die de artillerie van de 9e divisie leidde: Hugh Tudor die Churchill negentien jaar daarvoor reeds in Zuid-Afrika had ontmoet. Hij bezocht Churchill in London Support Farm waar Tudor hem een en ander vertelde over de slag bij Loos. 'My dear', schreef Churchill aan zijn vrouw, 'what mistakes they made at Loos. You simply cannot believe them possible.'(14) 

Churchill was tot de conclusie gekomen dat het hospitium een te gevaarlijke plek was voor het bataljonshoofdkwartier en hij verplaatste het dan ook naar Soyer Farm, zo'n 800 meter verder van de frontlinie verwijderd. Ondertussen werd Ploegsteert door de Duitsers systematisch onder vuur genomen. Op 10 februari schreef Churchill: 'The shells hitting the church made enormous clouds of red brick dust which mingled gaily with their white smoke. Other black and white shrapnel burst over the street and struck the houses. Three of our men who were strolling in the town were hit - one fatally, and another sustained a shock from being near a shell from which he immediately died. In the last two days of 'rest' I have lost eight men, or more than in six days in the front line. I am now reduced to under 600 men instead of 1,000. There are many other battalions like this...' (15) 

klik hier voor vergroting klik hier voor vergroting klik hier voor vergroting
Van links naar rechts:
Churchill met Franse helm aan het front op 29 december 1915 
Duitse granaat ontploft boven het Bos van Ploegsteert (begin 1916)
De kerk van Ploegsteert (voorjaar 1916) 
en een Britse loopgraaf in de Ploegsteert-sector in januari 1916

Op 10 februari was Churchill getuige van een Britse artilleriebeschieting van de Duitse linies, die prompt door de Duitsers werd beantwoord. Churchill, die generaal Tudor begeleidde en zich honderd meter van de Duitse linies af bevond, kreeg de volle laag. 'Our own guns made so much noise we could not hear the whistle of the German shells, but they burst all round, striking the parapet, or just skimming over, or bursting in the air with loud explosions and covering us with dirt and debris. It was very exiting, especially as our own 9,2's put two shells behind us by mistake ....Besides the shells, we had bombs from trench mortars thrown at us. These you can see in the air; and after they fall there is an appreciable interval in which to decide what you will do. I liked these the best of all. I found my nerves in excellent order and I do not think my pulse quickened at any time. But after it was over I felt strangely tired: as if I had done a hard day's work at a speech or article.' (16) 

Op 11 februari bracht Churchill, samen met Sir Archibald Sinclair een bezoek aan Armentières waar een foto van hen beiden werd gemaakt. Twee dagen later gingen de 6e Royal Scots Fuseliers opnieuw de voorste loopgraven in. Churchill nam zijn intrek op Laurence Farm. Dit keer was zijn sector uitgekozen voor een Britse beschieting van de Duitse loopgraven. Hij kreeg de opdracht zijn manschappen terug te trekken uit die posities die de Duitsers waarschijnlijk als represaillemaatregel onder vuur zouden nemen. Vanuit een kleine kapotgeschoten boerderij vlak achter de frontlinie waren Churchill en Tudor getuige van de Britse beschieting. 'At 2.30 our guns began, and almost immediately the German reply. They fired about 50 shells altogether and we about 150. I had correctly anticipated their intervention and owing to the men having been moved out of the dangerous points and well concealed, we never lost one.'(17) 

  Hoeveel aarde is er nodig om een kogel te stoppen?
Op 16 februari werd Laurence Farm opnieuw getroffen door Duitse artillerie. 'We had just finished dressing this morning when shells began to arrive in the neighbourhood - just about 200 yards away and then much nearer. Archie and I persevered in our breakfast - till a tremendous bang, clouds of debris and the whizzing of splinters proclaimed our house hit again - this time our dining room was pierced on the other side, and our joint bedroom penetrated in five or six places.'(18) 

De gevolgen bleven beperkt tot twee gewonde officieren in Churchill's staf. Hij besloot echter dat het tijd werd een beroep te doen op zijn oude vrienden in de marine. Robert Fox herinnert zich: 'When we saw him in the front line accompanied by two naval officers we knew he meant business. Special observers located the concreted German minenwerfer and machine-gun emplacements and snipers' posts. Twelve-inch naval guns on an armoured train six miles away were to be used against them. As the two frontlines were only 80 yards apart in places, we evacuated our forward trenches in case of a shell dropping short. With a noise like approaching express trains these huge missiles hurtled over our heads and crashed into the German line. Each impact was like a miniature earthquake.' (19) 

Via een oude bekende van hem uit zijn Indiase periode, majoor Hearn van de Royal Engineers, kreeg Churchill de beschikking over een jonge genieofficier: luitenant Napier-Clavering. Hij kreeg de leiding over de versterking van de Engelse loopgraven en dug-outs. Churchill vroeg hem: hoeveel aarde is er nodig om een kogel te stoppen? Volgens Napier-Clavering was dat tenminste een meter. Churchill nodigde hem daarop uit een stok van een meter mee te nemen en samen met hem 's nachts de loopgraven te inspecteren. Vanuit de voorste loopgraaf klommen ze op de borstwering en liepen de hele linie van het 6e bataljon langs. Napier-Clavering: 'Up went a Verey Light. Churchill was on his knees measuring the depth of the earth with the stick. The Hun machine guns opened up, belly high. Why the hell we weren't killed I just don't understand. I didn't want to die: I wanted to kill some of the Hun first. For god's sake keep still, Sir, I hissed. But he didn't fake the slightest notice. He was a man who had no physical fear of dying.'(20) 

  Back in politics
Churchill was onder de indruk van de kennis en kunde van deze jonge genieofficier. Hij had diepgaande gesprekken met hem over de mogelijkheden van wat Churchill een 'Caterpillar' noemde, een op rupsbanden voortbewogen voertuig dat dwars door het Duitse prikkeldraad heen kon breken. Napier-Clavering was een van de weinige officieren die vertrouwen had in dit plan. Toch zou de tank (want dat zou het uiteindelijk worden) later een beslissende rol spelen in de Geallieerde oorlogvoering. Churchill raakte steeds meer onder de indruk van de omstandigheden waaronder zijn veelal jonge soldaten en officieren in de loopgraven moesten zien te leven. 

Door persoonlijk ingrijpen, door zijn vriendelijkheid en door zijn milde optreden probeerde Churchill op zijn manier het lot van zijn manschappen te verzachten. Een jonge soldaat, Reginald Hurt, had op een koude vriesnacht zijn geweer in de hoek van de loopgraaf geplaatst en liep heen en weer om het een beetje warm te
krijgen. Plotseling stonden Churchill en zijn adjudant Sir Archibalt Sinclair bij hem in de loopgraaf. 'The next five or ten minutes were amongst the unhappiest of my life, all because my rifle was not in my possession. I received, and deservedly, the most severe reprimand I can recall. Finally he asked me my age, and on learning that I was one of the youngest soldiers in the Battalion, and had been in the trenches at the age of eighteen, his anger evaporated and he became almost paternal.' (21). Hij kwam er met een lichte straf vanaf. 

Op 19 februari ging het bataljon opnieuw in reserve. Churchill had zijn intrek in het hospitium genomen. Hier werd hij opnieuw het slachtoffer van een Duitse artilleriebeschieting. Voor de derde maal werd Churchill's slaapkamer getroffen door een granaat (die gelukkig niet ontplofte) en hij en Archibald Sinclair werden gedwongen een ander onderkomen te zoeken. Ze verhuisden opnieuw naar Soyer Farm. Hier vernam hij dat generaal Furse hem persoonlijk had voorgedragen voor het bevel over een brigade. Daar is echter niets van terecht gekomen. Wel was Churchill zeer ingenomen met het feit dat zijn meerderen kennelijk tevreden waren over zijn werk. 

Op 26 februari nam hij voor de vierde keer zijn intrek in Laurence Farm, terwijl zijn bataljon de voorste loopgraven bezette. Hij schreef zijn vrouw: 'I like this farm so much better than the one I am in at rest. Archie and I have a nice little square room together- the ceiling is propped up by timber, and there are three layers of sandbags and brick bags on the top, and all the sides are heavily protected. There are a good many things to burst a shell before it actually hits us, and then the sandbags may be counted on to stop the splinters and to keep out the blast. Inside we have a glowing brazier and two comfortable canvas beds… we sleep warm and peaceful.'(22) 

Op de ochtend van 2 maart werd Churchill's bataljon afgelost door een bataljon van de Cordon Highlanders. Churchill ging met verlof naar Londen. Zijn eerste periode in de loopgraven zat erop. Twee weken later zou hij in Ploegsteert terugkeren. Op 3 mei werd het 6e bataljon uit de linies teruggetrokken. Het zou worden samengevoegd met het 7e en onder leiding komen te staan van een beroepsofficier, luitenant-kolonel Gordon, zodat er geen directe behoefte meer bestond aan Churchill's diensten. 

Op 6 mei liet hij zijn Corpscommandant, Sir Charles Fergusson, officieel weten dat: 'I do not seek a new appointment at the present time. I desire to attend to my Parliamentary and public duties which have become urgent, I request therefore that I may be permitted to proceed to England on leave as soon as my command is broken up and that I may await further orders there.' (23) Dit verzoek werd ingewilligd. Churchill was 'back in politics'!

© WFA-Nederland 2002

Bovenstaande gegevens zijn ontleend aan: 
Martin Gilbert - Winston S. Churchill (Volume II1 1914-1916)
(London, 1971)

(1) p. 650-651
(2) p. 651
(3) p. 651
(4) p. 652
(5) p. 652-653
(6) p. 654
(7) p. 655
(8) p. 656
(9) p. 657
(10) p. 657-658
(11) p. 658
(12) p. 659
(13) p. 661
(14) p. 662
(15) p. 663
(16) p. 664
(17) p. 667
(18) p. 668
(19) p. 671
(20) p. 672
(21) p. 673
(22) p. 677
(23) p. 759-760

  naar homepage

 
   
   
   





























eXTReMe Tracker