homepage
|
Hieronder de toespraak van President Thomas Woodrow Wilson tot het
Congres gehouden op 2 april 1917 die beschouwd kan worden als de
oorlogsverklaring aan Duitsland waardoor de deelname van de Verenigde
Staten van Amerika aan de Eerste Wereldoorlog een feit werd. (Voor de
Engelse tekst klik hier)
|
President
Wilson maakt (na afloop van de oorlog) een rijtoer door Parijs in
gezelschap van de Franse president Poincaré (rechts). Wilson werd
in Parijs begroet als de redder en de hoop der mensheid. |
De uitdaging aangenomen
Ik heb het Congres in buitengewone zitting bijeengeroepen, omdat er ernstige, zeer ernstige beslissingen van politieke aard moeten worden genomen en wel onmiddellijk, waartoe ik krachtens de grondwet, noch het recht, noch de bevoegdheid had de verantwoordelijkheid op mij te nemen. In mijn op 3 februari uitgesproken rede, deed ik U officieel mededeling van de buitengewone kennisgeving der Keizerlijk Duitse regering, dat het op en na de 1ste februari in haar voornemen lag, alle beperkingen door recht en menselijkheid opgelegd ter zijde te stellen en de duikboten te gebruiken om ieder schip tot zinken te brengen, dat een haven tracht te bereiken in Groot-Brittannië en Ierland of de Westkust van Europa, of enige haven welke door de vijanden van Duitsland in de Middellandse Zee beheerst wordt.
Reeds vroeger scheen dit het doel van Duitsland 's duikbotenoorlog te zijn, maar sinds april van het vorige jaar had de Keizerlijke regering de commandanten van haar onderzeeboten enige beperkingen opgelegd, overeenkomstig de belofte ons toen gedaan, dat passagiersboten niet tot zinken zouden worden gebracht en dat aan alle andere schepen, die duikboten zouden trachten te vernielen, een behoorlijke waarschuwing zou worden gegeven, wanneer er geen poging tot verzet of ontvluchten werd gedaan en verder, dat er zorg zou worden gedragen, dat de bemanning een goede gelegenheid zou worden gelaten te trachten door middel van de boten het leven te redden. De voorzorgen waren toen armzalig en onzeker genoeg zoals door 't ene bedroevende voorval na het andere bewezen werd naar mate het wrede en onmenselijke bedrijf voortging, maar toch werden de beperkingen tot op zekere hoogte in acht genomen.
De nieuwe politiek stelde alle beperkingen terzijde. Schepen van elk soort, wat ook hun vlag, aard, lading, bestemming der lading of doel der reis was, zijn meedogenloos tot zinken gebracht. Dit gebeurde zonder waarschuwing en zonder dat er gedacht werd aan hulp of genade voor hen die aan boord van deze schepen waren, onverschillig of zij tot bevriende neutrale of oorlogvoerende landen behoorden. Zelfs hospitaalschepen en vaartuigen die ondersteuning brachten aan het zwaar beproefde en berooide volk van België werden, hoewel zij voorzien waren van een vrijgeleide der Duitse regering zelf voor de reis door het aangewezen zeegebied en daarbij duidelijke kentekenen droegen, met dezelfde roekeloosheid en gemis aan medelijden tot zinken gebracht.
Het principe van de Internationale Wet vond zijn oorsprong in een poging een wet vast te stellen die geëerbiedigd en nageleefd zou worden op zee, waar geen enkele natie het recht van overheersing had en waar de vrije routes voor het wereldverkeer bestemd waren. Na zeer veel arbeid werd deze wet fase na fase ingevoerd, inderdaad met soms povere resultaten, maar ten slotte is zij tot stand gekomen, steeds met het vooropgezette doel te geven wat het hart en geweten der mensheid eisen. Dit minimum heeft de Duitse regering nu weggevaagd, zich beroepend op represailles en noodzaak en omdat zij geen wapens had, welke zij ter zee kon gebruiken, behalve die welke men onmogelijk kan gebruiken zoals zij ze reeds gebruikt, zonder zich te onttrekken aan alle begrippen van menselijkheid of eerbied voor overeenkomsten die, zoals men veronderstelt, ten grondslag liggen aan de betrekkingen der volkeren.
Ik denk thans niet aan het veroorzaakte verlies van goed, hoe onmetelijk en ernstig dat ook is, maar slechts aan de nodeloze massale levensberoving van non-combattanten, mannen, vrouwen en kinderen, die doeleinden nastreefden welke steeds, zelfs in de duisterste periode van de moderne geschiedenis, voor onschuldig en gewettigd zijn gehouden. Eigendom kan worden vergoed, het leven van vreedzame en onschuldige mensen niet. De huidige oorlog der Duitsers tegen het handelsverkeer, is een oorlog tegen de mensheid. Het is een oorlog tegen alle naties. Amerikaanse schepen zijn tot zinken gebracht, Amerikanen zijn omgekomen op een manier die ons zeer diep geraakt heeft. Maar ook schepen en burgers van andere neutrale en bevriende naties zijn op dezelfde wijze op de wateren tot zinken gebracht en overweldigd. Er is geen onderscheid gemaakt. De uitdaging is tot de gehele mensheid gericht. Iedere natie moet voor zich zelf uitmaken hoe die te beantwoorden. De keuze welke wij voor onszelf doen, moet gedaan worden na rijp beraad en bezadigdheid van oordeel strokende met ons karakter en onze motieven als natie. Wij moeten opgewonden gevoelens onderdrukken. Ons motief zal geen wraak zijn of een zegevierend beroep op de fysieke macht van onze natie, maar slechts de verdediging van het recht, van het menselijke recht, waarvan wij slechts één der kampioenen zijn. Toen ik op 26 februari het Congres toesprak, meende ik dat het voldoende zou zijn ons recht als neutrale staat met de wapenen te laten gelden, ons recht om de zeeën te bevaren, ondanks de onwettige belemmering, ons recht om ons volk voor onwettig geweld te vrijwaren; maar gewapende neutraliteit blijkt thans onuitvoerbaar.
Omdat de duikboten inderdaad buiten de wet staan wanneer zij gebruikt worden zoals de Duitse duikboten zijn gebruikt, tegen koopvaardijschepen, is het onmogelijk de schepen tegen hun aanvallen te verdedigen, daar het volkenrecht heeft aangenomen, dat koopvaardijschepen zich zouden verdedigen tegen zichtbare kaapvaarders of kruisers, indien op de open zee jacht op hen wordt gemaakt. Het is niet meer dan voorzorg om onder zulke omstandigheden van wrede noodzakelijkheid te trachten de duikboten te vernielen, vóór zij hun bedoelingen hebben duidelijk gemaakt. Er moet op het eerste gezicht met hen afgerekend worden wil er inderdaad kans op afrekening bestaan.
De Duitse Regering ontzegt de neutralen volledig het recht in het door haar aangegeven zeegebied wapens te gebruiken zelfs ter verdediging van de rechten, die geen modern publicist ooit in twijfel heeft getrokken. Er is te verstaan gegeven dat de gewapende wacht die wij op onze koopvaardijschepen hebben geplaatst, als onwettig zal worden beschouwd en dat zij als piraten behandeld zullen worden. Gewapende neutraliteit is op zijn best genomen, onder deze omstandigheden ondoelmatig. Zij is zelfs erger dan ondoelmatig. Het zou waarschijnlijk te weeg brengen wat men erdoor hoopt te vermijden. Het zal ons bijna zeker in de oorlog slepen zonder dat wij de rechten of de kracht van oorlogvoerenden hebben. Er is één weg dien wij niet kunnen en niet mogen inslaan. Wij zullen niet de weg der onderwerping kiezen en dulden dat de heiligste rechten van onze natie worden miskend en aangerand.
Het kwaad waartegen wij nu te strijde trekken is niet van gewone aard, doch kwetst het diepste van het menselijk gevoel. Met het diepe bewustzijn van de ernstige gevolgen en de tragische aard van de stap die ik verricht en van de zware verantwoording die deze met zich meebrengt, maar zonder aarzeling gehoor gevende aan wat ik mijn constitutionele plicht acht, adviseer ik het Congres te verklaren dat de gevolgde gedragslijn der Keizerlijk Duitse regering in werkelijkheid niets anders is dan oorlog tegen de Regering en het Volk der Verenigde Staten; dat het formeel de oorlogstoestand aanvaardt die het opgedrongen wordt en dat het onmiddellijk stappen onderneemt niet alleen om het land in beteren staat van verdediging te stellen, maar ook om al zijn krachten in te spannen en al zijn hulpbronnen aan te wenden, om de regering van het Duitse rijk tot rede te brengen en de oorlog te beëindigen.
Wat hiermede gepaard gaat is duidelijk. Het zal met zich mee brengen de meest praktische samenwerking met de regeringen die thans tegen Duitsland oorlog voeren en het zal er toe leiden dat deze regeringen de ruimste financiële kredieten worden verleend opdat onze hulpbronnen zoveel mogelijk aan de hunne worden toegevoegd. Het zal de organisatie en mobilisatie van alle materiële hulpbronnen van het land nodig maken om het de oorlogsbenodigdheden te verschaffen en te voorzien in de daardoor ontstane behoeften van het volk op de meest overvloedige maar toch de meest economische en meest doeltreffende wijze. Het zal leiden tot de onmiddellijke volledige uitrusting van de gehele vloot in elk opzicht, maar in het bijzonder haar te voorzien van de beste middelen om de vijandelijke duikboten te bestrijden. Het zal vereisen de toevoeging aan de gewapende macht der Verenigde Staten, zoals reeds bij de wet geregeld is in geval van oorlog, van minstens 500.000 man, die naar mijn mening moet geschieden op de grondslag van algemene dienstplicht en voorts de machtiging, naar gelang van behoefte en mogelijkheid van opleiding, dit aantal geleidelijk uit te breiden.
Het zal ook met zich meebrengen de regering behoorlijke kredieten toe te staan, naar ik hoop, gedragen, voor zover zij rechtvaardig door het tegenwoordige geslacht gedragen kunnen worden, door een goed belastingsysteem. Ik zeg gedragen voor zover dit rechtvaardig is door belasting, omdat het mij wil toeschijnen, dat het onverstandig zou zijn de kredieten die nu nodig zullen zijn geheel op leningen te baseren. Het is onze plicht - ik wijs hierop zeer eerbiedig - ons volk voor zover dit mogelijk is, te beschermen tegen de zeer ernstige ontberingen en nadelen die waarschijnlijk zullen ontstaan uit de inflatie welke het gevolg zou zijn van het uitgeven van grote leningen.
Met het ten uitvoer brengen der maatregelen waardoor deze zaken zullen worden gerealiseerd, moeten wij er voortdurend aan denken, dat het verstandig is zoo min mogelijk onze eigen voorbereiding te onderbreken, evenmin als de uitrusting van onze eigen militaire machten, met de plicht - want het zal een zeer nuttige plicht zijn - de naties, die reeds met Duitsland in oorlog zijn te voorzien van materialen, die zij slechts van ons of met onze hulp kunnen verkrijgen. Zij staan te velde. Wij moeten hen op alle manieren helpen daar succes te hebben. Ik neem de vrijheid U in overweging te geven om aan de verschillende uitvoerende regeringsdepartementen op te dragen, de door mij genoemde maatregelen tot uitvoer te brengen. Ik hoop dat U zult instemmen met deze maatregelen, die beraamd zijn na zeer zorgvuldig beraad door het regeringsdepartement waarop de verantwoordelijkheid voor de oorlogvoering en de beveiliging der natie in de allereerste plaats zal rusten.
Terwijl wij deze dingen doen, deze uiterst gewichtige dingen, moeten wij de gehele wereld duidelijk maken, welke onze beweegredenen en doeleinden zijn. Mijn eigen gedachten zijn niet van de gewone normale weg afgebracht door de ongelukkige gebeurtenissen van de laatste twee maanden. Ik geloof niet dat de mening der natie er door veranderd of vertroebeld is.
Ik beoog thans werkelijk dezelfde dingen, als toen ik op 22 januari de Senaat toesprak, dezelfde die ik in mijn gedachte had toen ik tot het Congres sprak op 3 en 26 februari.
Ons doel is nu, evenals toen, op te komen voor de principes van vrede en recht in het leven der volkeren, tegen de zelfzuchtige autocratische macht, en onder de werkelijk vrije, zelfregerende volkeren der wereld zulk een overeenstemming van bedoelingen en daden tot stand te brengen dat zij de inachtneming van deze principes voortaan zullen waarborgen. Neutraliteit is niet langer praktisch of wenselijk nu de wereldvrede op het spel staat en de vrijheid der volkeren en de bedreiging van die vrede en vrijheid ligt in het bestaan van autocratische regeringen, gesteund door een georganiseerde macht, die geheel door haar eigen wil en niet door de wil van haar volk gecontroleerd wordt. Onder zulke omstandigheden hebben wij met de neutraliteit afgedaan. Wij staan aan het begin van een periode, waarin er op zal worden aangedrongen, dat dezelfde standaard voor daden en verantwoordelijkheid voor bedreven kwaad onder de naties en hare regeringen zal worden in acht genomen, als onder de individuele burgers van beschaafde staten.
Wij hebben geen twist gehad met het Duitse volk. Wij voelen daar slechts sympathie en vriendschap voor. Het was niet onder zijn aandrang, dat zijn regering de oorlog begon. Het was niet met zijn voorkennis of goedkeuring. Het was een oorlog, verklaard zoals oorlogen in de oude, ongelukkige dagen plachten te worden verklaard, toen de volkeren nooit door hun heersers werden geraadpleegd en oorlogen werden uitgelokt en gevoerd in het belang van dynastieën of kleine groepen heerszuchtige lieden, die gewoon waren hun medemensen als pionnen en werktuigen te gebruiken. Zichzelf regerende naties doen naburige staten niet met spionnen overstromen en zetten geen intriges op touw om een kritieke stand van zaken te scheppen, die hen een gelegenheid zou bieden om toe te slaan en veroveringen te maken. Zulke plannen kunnen slechts in het geheim volvoerd worden, wanneer niemand het recht heeft vragen te stellen. Listig uitgedachte plannen van bedrog of valse schijn, mogelijk van het ene geslacht naar het andere overgebracht, kunnen slechts uitgewerkt en voor de wereld verborgen worden gehouden in de afzondering der hoven of bij de zorgvuldig bewaarde geheimen van een kleine bevoorrechte klasse. Zij zijn gelukkig onmogelijk wanneer een sterke publieke opinie beveelt en er op staat ten volle te worden ingelicht omtrent alle staatsaangelegenheden. Een gestadige samenwerking voor de vrede kan nooit gehandhaafd blijven anders dan door de eensgezindheid van democratische naties. Geen autocratische regering zou te vertrouwen zijn daaraan trouw te blijven of hare overeenkomsten na te leven. Er moet een bond van eer en gelijkgezindheid bestaan. Intriges zouden het bederf zijn voor de kern van zulk een bond. Complotteren door besloten groepjes die beramen zouden wat zij wilden en niemand rekenschap zouden geven, zou corruptie zijn in merg en been. Slechts vrije volken kunnen hun doel bereiken en de eer ongerept houden en de belangen van de mensheid boven hunne eigen kleine belangen stellen.
Voelt niet iedere Amerikaan dat onze hoop op een toekomstige wereldvrede versterkt is door de wonderbaarlijke gebeurtenissen die gedurende de laatste weken in Rusland plaats vonden? Zij die Rusland kenden, wisten dat het altijd democratisch was in hart en nieren, in geest, gewoonten, denkwijze en alle intieme verhoudingen onder het volk waaruit hun natuurlijk instinct en hun standpunt ten opzichte van het leven bleek. De autocratie, indertijd het toppunt van de Russische politieke structuur zolang zij bestond en haar macht kon handhaven, was inderdaad niet Russisch in oorsprong, karakter of doel en nu heeft zij een schok gekregen en is het grote edele Russische volk in al zijn naïeve majesteit en kracht toegevoegd aan de macht die strijdt voor de vrijheid der wereld, voor recht en voor vrede. Hier is een waardig deelgenoot in de bond van eer. Een van de dingen, die ervoor gediend hebben ons ervan te overtuigen dat de Pruisische autocratie onze vriend niet was en nooit kon zijn, is dat zij van het begin van de tegenwoordige oorlog af onze niets vermoedende gemeenten en zelfs onze regeringsbureaus met spionnen heeft overstelpt, overal misdadige intriges op touw heeft gezet tegen onze nationale eenheid, onze binnenlandse vrede, onze industrie en buitenlandse handel. Het is nu inderdaad duidelijk dat spionnen hier zelfs al vóór de oorlog waren.
Het is ongelukkigerwijs geen veronderstelling, doch feitelijk voor onze gerechtshoven bewezen, dat intriges die meer dan eens gevaar opleverden dat de vrede verbroken en de industrie van het land ontwricht zou worden, werden uitgevoerd op aansporing en met de steun en zelfs onder de persoonlijke leiding van officiële agenten van de Keizerlijke Regering die toegevoegd waren aan de Regering van de Verenigde Staten. Zelfs terwijl wij deze dingen nagingen en ze trachtten uit te roeien hebben wij beproefd, de meest mogelijke grootmoedige verklaring er van te geven, omdat wij wisten, dat de oorsprong er van niet lag in enige vijandelijke gevoelens of bedoelingen van het Duitse volk tegen ons (dat er ongetwijfeld evenmin iets van wist als wij zelf), maar alleen in zelfzuchtige plannen van een Regering, die deed wat het wilde en aan haar volk niets vertelde. Maar zij speelde haar rol zodanig dat zij ons er eindelijk van overtuigde dat die Regering geen ware vriendschap voor ons koestert en van plan is te ageren tegen onze vrede en veiligheid wanneer zij dat wenst. Dat het de bedoeling heeft vijanden tegen ons in het harnas te jagen voor ons eigen deur, wordt sprekend bewezen door de onderschepte Nota aan de Duitse Gezant te Mexico City.
Wij aanvaarden deze vijandige uitdaging omdat wij weten dat wij in zulk een Regering, die zulke methoden toepast, nooit een vriend kunnen hebben en dat er bij haar georganiseerde macht, die steeds op de loer ligt om wij weten niet welk doel na te streven, geen gewaarborgde vrijheid voor de democratische regeringen der wereld kan bestaan. Wij staan thans op het punt de strijd aan te gaan met deze natuurlijke vijand der vrijheid en wij zullen zo nodig de gehele macht der natie aanwenden om zijn aanspraken en zijn macht tegen te houden en te vernietigen. Het verheugt ons thans feiten te zien zonder sluier van valse voorwendselen en zo te vechten voor de eindwereldvrede, voor de bevrijding van haar volkeren - ook van het Duitse volk - voor het recht der naties, grote en kleine, en het recht der mensen om overal hun eigen levenswijze en regering te kiezen. De wereld moet behouden worden voor de democratie. Haar vrede moet gevestigd zijn op betrouwbare grondslagen voor politieke vrijheid.
Wij streven geen zelfzuchtige doeleinden na. Wij beogen geen veroveringen en geen gebiedsuitbreiding. Wij streven niet naar schadeloosstelling voor ons zelf en niet naar materiële vergoeding voor offers die wij vrijwillig zullen brengen. Maar wij zijn slechts één van de kampioenen voor de rechten van de mensheid en zullen tevreden zijn wanneer deze rechten veilig zijn als een feit en zoals de vrijheid der volkeren ze kan maken. Juist omdat wij strijden zonder haat en zonder zelfzuchtige bedoelingen, niets zoekende voor onszelf dan alleen wat wij hopen met alle vrije volken deelachtig te worden, zullen wij, naar ik vertrouw, de oorlog voeren zonder hartstocht en ons stipt houden aan de beginselen van recht en billijkheid waarvoor wij erkennen te strijden.
Ik heb niet over de bondgenoten van Duitsland gesproken, omdat zij geen oorlog tegen ons hebben gevoerd of ons hebben uitgedaagd onze rechten en onze eer te verdedigen. Wel heeft de Oostenrijk-Hongaarse regering de toepassing van de roekeloze en onwettige duikbootoorlog die de Duitse regering nu openlijk voert, op ondubbelzinnige wijze goedgekeurd en is het voor onze regering daarom niet mogelijk geweest Graaf Tarnowsky, de Gezant, die kort geleden door Oostenrijk-Hongarije aan onze Regering is toegevoegd, te ontvangen. Deze regering is echter niet daadwerkelijk betrokken bij de oorlog tegen de burgers van de Verenigde Staten op zee en ik neem de vrijheid, ten minste voor het ogenblik, bespreking van onze betrekkingen met de autoriteiten te Wenen, uit te stellen.
Wij aanvaarden deze oorlog alleen wanneer wij daartoe genoodzaakt worden, omdat er geen ander middel is onze rechten te verdedigen. Het zal ons gemakkelijker vallen als oorlogvoerende partij de beginselen van recht en gerechtigheid hoog te houden, omdat wij niet door gevoelens van vijandschap en haat bezield zijn tegen een volk of dat volk leed of nadeel wensen te berokkenen, maar omdat wij ons gewapend verzetten tegen een onverantwoordelijke regering, die alle overwegingen van menselijkheid en recht ter zijde heeft geworpen en amok maakt.
Wij zijn, ik herhaal het, oprechte vrienden van het Duitse volk en zullen niets liever verlangen dan een spoedig herstel der vriendschappelijke betrekkingen tot wederzijds belang. Hoe moeilijk het ook voor de Duitsers moge zijn dit te geloven, toch is het uit de grond van ons hart gesproken. Wij hebben gedurende al deze bittere maanden genoegen genomen met het optreden van hun huidige regering ter wille van die vriendschap en wij hebben dit optreden verdragen met een geduld en zelfbeheersing die anders niet mogelijk zou zijn geweest. Wij zullen gelukkig nog in de gelegenheid zijn deze vriendschap in onze dagelijkse houding en optreden te bewijzen tegenover miljoenen mannen en vrouwen van Duitse afkomst en sympathieën voor dit land die in ons midden wonen en ons leven met ons delen en wij zullen er trots op zijn het te kunnen bewijzen tegenover allen, die loyaal zijn jegens hun naasten en de regering in het uur der beproeving.
De meesten hunner zijn zo trouw en zulke loyale Amerikanen alsof zij nimmer enige andere getrouwheid of gehechtheid gekend hadden. Zij zullen onmiddellijk aan onze zijde staan, om de weinigen die anders gezind mochten zijn of andere doeleinden nastreven te kastijden en in toom te houden. Mochten er gevallen van ontrouw voorkomen, dan zullen die met een ijzeren hand onderdrukt worden, maar indien ontrouw zich werkelijk mocht voordoen, dan zal dit slechts hier en daar het geval zijn, echter zonder goedkeuring te ondervinden, dan alleen van de weinige tuchtelozen en kwaadwilligen.
Het is een pijnlijke en drukkende plicht, Mijne Heren van het Congres, die ik door U dusdanig toe te spreken, moest vervullen. Wij gaan waarschijnlijk vele maanden van zware beproeving en opoffering tegemoet. Het is een verschrikkelijke gedachte, dit grote en vredelievende volk in de oorlog, in de vreselijkste en noodlottigste van alle oorlogen te moeten voeren. De beschaving zelf schijnt op het spel te staan, maar recht is kostbaarder dan vrede en wij zullen vechten voor zaken die ons steeds het naaste aan het hart hebben gelegen: voor de democratie, voor het recht degenen die zich aan het overheidsgezag hebben onderworpen om medezeggenschap in hun eigen regering te hebben; voor de rechten en de vrijheid der kleine naties, voor een algemene toestand van recht, die in het leven zal worden geroepen door een verbond van vrije volkeren, waardoor de vrede en de veiligheid voor alle naties zal worden bereikt en de wereld eindelijk vrij zal worden.
Aan zulk een roeping kunnen wij ons leven wijden, ons fortuin ten offer brengen, alles wat wij zijn en alles wat wij bezitten, met het gevoel van trots van hen die weten dat de dag is gekomen, waarop Amerika het voorrecht te beurt is gevallen zijn bloed te storten en zijn kracht te geven voor de beginselen die het zijn aanzijn schonken en die het geluk en de vrede brachten welke zij zozeer waardeerde.
God helpe Amerika, het kan niet anders!
Bron: Presidents Wilson's Address to Congress, April 2nd, 1917
President Wilson's Toespraak tot het Congres, 2 April 1917
Origineele Tekst met Hollandsche Vertaling uitgegeven door
Vennootschap 'Letteren en kunst', Amsterdam (z.j.) (prijs 15 cents)
De tekst is door mij overgezet in de
moderne spelling en hier en daar aangepast in verband met de leesbaarheid
- Menno Wielinga
naar homepage
|
|