terug
naar
wilhelmina
|
Biografie
Pieter van Oort 1866 - 1932 (Kolonel der Marechaussee b.d.)
|
Kolonel b.d. Pieter van
Oort |
In 1887 werd Pieter van Oort als beroepsmilitair benoemd tot 2e luitenant bij het 3e Regiment Vesting-artillerie.
In 1890 verkreeg hij de rang van 1e luitenant bij het 3e Regiment Veld-artillerie en het Korps Rijdende Artillerie om vervolgens over te gaan naar het wapen der Koninklijke Marechaussee. Na op 1 mei 1903 bevorderd te zijn tot kapitein, werd hij toegevoegd aan de Inspecteur der Cavalerie, destijds belast met het algemeen toezicht over het wapen der Koninklijke Marechaussee.
In 1909 volgde zijn benoeming tot majoor en commandant van de 2e Marechaussee Divisie die belast was met grensbewaking en contraspionage in de provincie Limburg. Na deze benoeming vestigde hij zich met zijn gezin in Maastricht. De eerste maanden na het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog in augustus 1914 waren ook voor de commandant van de 2e Divisie onzeker. Zijn echtgenote en beide kinderen hebben eind 1914 dan ook uit veiligheidsoverwegingen een tijdlang vrijwillig in Amsterdam gewoond.
In 1916 werd Pieter van Oort bevorderd tot luitenant-kolonel en benoemd tot commandant van de 3e Marechaussee Divisie die belast was met grensbewaking, contraspionage en vluchtelingen in de provincies Brabant en Gelderland.
Het gezin verhuisde naar Arnhem, waar hij aan het einde van de oorlog veel te maken kreeg met de onrusten rond de socialistische voorman Troelstra en vermoedelijk ook met de opvang en bewaking van de Duitse keizer Wilhelm
II in november 1918. Hierover zijn helaas geen archiefstukken beschikbaar.
Pieter van Oort kreeg voor zijn bemoeienissen met grensbewaking, contraspionage en
vluchtelingen een reeks onderscheidingen. Hij was officier in de orde van Oranje Nassau, ridder van het Legion d’Honneur, officier van de Most Excellent Order of the Empire, ridder 4e klasse van de Rode Adelaar van Pruisen en de Medaille d’Honneur en vermeille.
Na allerlei conflicten met zijn directe chef, die uiteindelijk via de minister werden opgelost, werd hij in 1923 bevorderd tot kolonel en inspecteur van het wapen der Koninklijke Marechaussee
en tevens tot inspecteur van het korps Politietroepen. In 1926 werd hij gepensioneerd.
Pieter van Oort genoot ook bekendheid als auteur van geschriften op het gebied van rust, veiligheid en orde in de maatschappij en de politieorganisatie. Hij overleed op 24 oktober 1932 te ‘s-Gravenhage.
(Met dank aan de heer P. van Oort te Groningen)
terug naar
wilhelmina
|
|