naar
vluchtelingen pagina
De Bedumer - verslaggeving van de vluchtelingenopvang M.P. Wielinga 'De Bedumer' was het orgaan van de Anti Revolutionaire Kiesvereniging te Bedum, Zuidwolde en Onderdendam tezamen vormend de gemeente Bedum. De krant van 27 juli 1914 vermeldt voor het eerst iets over de oorlogsdreiging: Europese oorlog? Zal God de Heere Europa met zijn geselroede bezoeken? En in de krant van 5 augustus 1914 schrijft men naar aanleiding van het uitbreken van de oorlog: Europese oorlog! Gelukkig kent ons land vele mensen die kunnen bidden voor vrede..... In krant 34 van 19 augustus 1914 wordt voor het eerst iets geschreven over vluchtelingen. Hierbij wordt aandacht besteed aan de in België woonachtige Duitsers die te maken kregen met de vijandige houding van de Belgen na de Duitse inval van 4 augustus. Onder de titel 'Limburgse gastvrijheid' werd geschreven: ..De uit België gevluchte Duitsers roemen eenstemmig de uiterst liefderijke en humane behandeling die zij op Nederlandse bodem ondervonden hebben. Zij zeggen de Nederlandse bevolking hartelijk dank. Allen bevestigen, dat de beschrijvingen der bladen over de Belgische gruweldaden tegen weerloze Duitsers en voornamelijk tegen vrouwen en meisjes bij lange na niet in overeenstemming is met de werkelijkheid .. Pas in krant 36 van 2 september 1914 wordt voor het eerst melding gemaakt van Belgische vluchtelingen: ..In Maastricht zijn ongeveer 7.000 vluchtelingen aangekomen. Nog steeds stromen zij toe uit de omliggende dorpen, zelfs uit Mechelen. Ook komen tal van Nederlanders uit Luik. Nadat verschillende steden in brand waren gestoken achtten zij het raadzaam heen te gaan .. In krant 38 van 15 september 1914 wordt de Troonrede afgedrukt. Koningin Wilhelmina spreekt hierin namens de regering haar medeleven uit met de slachtoffers van de oorlog. Letterlijk zegt zij: ..diep begaan met het lot van alle volken, die in de krijg zijn meegesleept, draagt Nederland de buitengewone lasten die het wordt opgelegd, gewillig, en ontvangt met open armen alle ongelukkigen die binnen zijne grenzen een toevlucht zoeken .. In krant 41 van 7 oktober 1914 wordt geschreven: ..De Duitsers beginnen nu Antwerpen te belegeren naar het schijnt, waardoor het aantal vluchtelingen dat schuilplaats zoekt op Nederlandse bodem steeds groter wordt. Bij duizenden komen ze binnen. Dat is op zichzelf reeds oorzaak van zorg en moeilijkheden, maar daarbij komt dat de gevaren voor de vrede voor ons ook vermeerderen .. In krant 42 van 14 oktober 1914 wordt voor het eerst uitgebreid aandacht besteed aan de vluchtelingenproblematiek. Hierbij komt ook het Eijsden-incident ter sprake: ..Wij voelen met de Belgen mee en blijven het doen ondanks hun geprikkelde stemming jegens ons. Hardnekkig blijven ze volhouden dat er Duitsers ongehinderd door het zuiden van ons land zijn getrokken naar het hunne. Ware het zo, er was oorzaak voor hun verbittering. Nu is hun bewering wel geheel uit de lucht gegrepen en wordt ze wel telkens tegengesproken, maar telkens duiken de praatjes weer op. De goede behandeling die de Belgische vluchtelingen in Nederland ondervinden wordt bijna geheel niet genoemd .. De rubriek 'Plaatselijk Nieuws' vermeldt in ditzelfde nummer de aankomst van vluchtelingen in de gemeente Bedum: ..Maandag jl. kwamen hier de eerste Belgische vluchtelingen aan, behalve enkelen die reeds daags tevoren door particulieren waren afgehaald. Vanwege de Minister zijn de Commissarissen der Provincies en de burgemeesters der verschillende gemeenten aangezegd gelegenheid ter huisvesting in gereedheid te brengen, zodat de vluchtelingen over geheel ons land zijn verspreid. De Commissaris der Koningin verzoekt inzending van adressen, namen, geboortedag, woonplaats en beroep, in te zenden aan het Hoofdbureau van Politie .. In krant 43 van 21 oktober 1914 wordt op de voorpagina veel aandacht besteed aan het lot van de Belgische vluchtelingen: ..Hoor, s zaterdagsavonds zoemt hier in Nederland nog de telegraaf. De Minister seint aan de Commissarissen der Koningin in de noordelijke provinciën en deze draderen het verder aan de burgemeesters: De stroom der vluchtelingen is zo overstelpend dat Friesland 3.000 meer moet herbergen, Groningen, Drente en Overijssel zo en zoveel meer. Hoeveel kan uw gemeente nog opnemen?. Antwerpen brandt. In de angstige nacht, als bommen vliegen en ieder vreest dat elk ogenblik zijn huis boven hem instorten zal en hijzelf in stukken gescheurd zal worden, vluchten de duizenden der bovenwoningen de straat op, de stad uit, blij er tenminste het leven afgebracht te hebben. Waarheen? Eigen Vaderland in? Maar het harte bloedt op de vertrapte velden, in de verwoeste dorpen en afgrijzen stijgt op bij het ademen der door lijklucht verpeste atmosfeer. En bovendien: Grijnst tot in Belgiës prachtige hoofdstad Brussel de hongersnood ze niet aan? Daar moet brood zijn voor de honger van Duitse krijgsknechten. En in België is het niet meer. Wat blijft er voor de inwoner zelf over? Niets, letterlijk niets. Waar dan heen? Ze weten het. Daar op de grenzen in het noorden ligt het gastvrije Nederland. En daarom trekken de scharen vluchtelingen op ons zuiden aan. Maar ook daar is alles vol. In de ijlbevolkte Brabantse zandstreken liggen onze 250.000 soldaten ter bescherming van onze onafhankelijkheid. Er is geen plaats voor de Belg. En zo zitten de Armen van alles beroofd, schier krankzinnig van overstelpend leed, wil- en wezenloos langs de wegen in de koude oktobernacht. Zo spoedig mogelijk zendt men ze door naar het noorden. Daar dreigt het gevaar van vijandelijke bezetting niet. Maar wat een gedrang aan de treinen: er zijn kinderen die van hun ouders zijn gescheiden. Mannen die hun vrouwen missen. Moeders zonder echtgenoot en kinderen. En daar in de verte knetteren de geweren daar blijft bulderen het kanon. Daar vallen al maar door de rijen van de levenden, als halmen onder de zeis van de maaier Europas welvaart is verwoest In dezelfde krant wordt onder de rubriek 'Europese oorlog' de situatie iets afstandelijker geschetst: ..België is thans geheel in Duits bezit. Velen van de vluchtelingen die zich nog ophielden in het Zuiden van ons land gaan weer terug naar hun vaderland. Door onze regering is bepaald dat er geen vluchtelingen meer naar t Noorden zullen worden vervoerd. Zij die voornemens zijn terug te gaan kunnen kostenloos daarvoor bestemde kaarten bekomen. Zijn er zoveel dat er extra treinen kunnen rijden, dan zijn er geen kaarten nodig. Aan levensmiddelen moet geen gebrek zijn en in t belang van het land zowel als van de vluchtelingen zelve zou het gewenst zijn dat ieder zijn woonplaats weer opzocht. Het minste leed zou niet meer te duchten zijn aldus wordt verzekerd. t Is te hopen dat de jammer, over geheel België uitgestort, spoedig mag worden hersteld .. In krant 44 van 28 oktober 1914 verschijnt een commentaar van de
hoofdredacteur met de volgende inhoud:
..Nederland heeft een goed werk gedaan zich
het lot van de Belgische vluchtelingen aan te trekken. De stakkers die de bommen over hun
hoofden hoorden en zagen vliegen, ze uit de luchtschepen elk ogenblik vreesden op hun
hoofden te zouden neerkomen, die dag en nacht in gevaar verkeerden getroffen te worden, ze
spoedden zich in radeloze angst uit hun land en stad weg. Zo had de schrik en de vrees ze
aangegrepen dat ze onmogelijk konden blijven op de plek waar ze geboren en getogen waren.
Wij moesten ons over ze ontfermen of we wilden of niet en we deden het gaarne. Nu zijn ze
over heel ons land verspreid en hebben we de Belgen leren kennen tot aan onze wadden toe.
Maar nu we ze hebben voelen we de bezwaren, vooral te plattelande. Over de moeilijkheid
van huisvesting, voeding en kleding spreken wij hier niet. Onze actieve regering zal bij
haar vele en grote zorgen, die de zes miljoen mensen van ons eigen volk opleveren, ook die
voor het miljoen vreemdelingen met God's hulp wel te boven komen al zal de boterham niet
altijd even dik en lekker zijn. Regionale en lokale kranten waren aan het begin van deze eeuw
spaarzaam met het geven van regionaal en lokaal nieuws. Lokale verslaggeving beperkte zich
meestal tot officiële aankondigingen, raadsverslagen en dergelijke. Nieuws uit het
buitenland verscheen vaak in de vorm van korte berichten in de rubriek 'overzicht van de
belangrijkste gebeurtenissen'. 'De Bedumer' vormde hierop geen uitzondering. Krantenfoto's
zoals wij die tegenwoordig kennen waren technisch nog niet realiseerbaar. Wilde men foto's
zien van de gebeurtenissen dan was men aangewezen op de geïllustreerde bladen als 'Het
Leven' en 'De Prins'. Persfoto's uit die tijd waren ook vaak te zien in de vitrines van
krantenbedrijven, nieuwsagentschappen en bijvoorbeeld bij sigarenwinkels. 'De Bedumer' jaargangen 1914 en 1915 aanwezig in het
gemeentearchief van de gemeente Bedum. |