terug naar Jeugdboeken

De Eerste Wereldoorlog in het jeugdboek

In 1980 verscheen een artikel in 'En nu over jeugdliteratuur' jaargang 9 nr.4, van de hand van Franca Hersch-van der Stoel. Het artikel was getiteld 'Kom vanavond met verhalen'. Dit artikel en de bijbehorende lijst, handelden over jeugdboeken, waarin oorlog voorkomt of zelfs centraal staat.  In dit artikel werd geponeerd, dat de Eerste Wereldoorlog er in de jeugdliteratuur- en lectuur er maar bekaaid afkomt. Behalve 'Peerke en zijn kameraden' van W.G. van der Hulst zou er in Nederland niets zijn verschenen op dit gebied. En vertaalde boeken waren er ook maar twee gevonden door de schrijfster. En wel van Marjorie Dark 'Moed om te vechten' en W.E.Johns 'Met Biggles in vijandelijk gebied'. Nu zal die Eerste Wereldoorlog in ons, toen neutrale, land wel niet zo erg in de belangstelling hebben gestaan bij schrijvers van jeugdboeken, maar een aantal boeken is er toch wel over verschenen. Wel is het opvallend, dat bij zowel de oorspronkelijke Nederlandse, als de vertaalde boeken, de sympathie meestal aan de kant van de geallieerden is. 

Deze boeken zijn in te delen in 3 categorieën:

1. Boeken, waarin het oorlogsgeweld centraal staat. 
    Dit zijn zowel Nederlandse, als vertaalde boeken.
2. De oorspronkelijke Nederlandse avontuurlijke boeken, waarin o.a. 
    de smokkelarij aan onze grenzen een belangrijke rol speelt. 
3. Boeken, waarin de moeilijkheden, waarmee men in het dagelijks leven 
    te kampen had genoemd worden. 

Eerste categorie

In de eerste categorie moet natuurlijk als eerste het reeds genoemde 'Peerke en zijn kameraden' van W.G. van der Hulst vermeld worden. De eerste druk hiervan verscheen in 1919 bij Callenbach te Nijkerk. Een droevig verhaal dat zelfs in 1957 nog een 16e druk beleefde. Het handelt over een jongetje, Peerke, dat door oorlogsgeweld beide benen heeft verloren en nu in een tot kamer gemaakte ruimte van een oud pakhuis ligt. Zijn grootvader is met hem vanuit België naar Nederland gevlucht. Een aantal vrolijke jongetjes ontdekken hem en doen een aantal pogingen Peerke wat op te vrolijken. Aan het slot sterft Peerke en zijn kameraadjes krijgen zijn speelgoed. Het vreemde van dit boek is wel, dat Peerke zeer hevige pijn lijdt, maar van pijnstillers, die toch in 1917 wel bekend waren, wordt in het boek niet gerept. 

Als tweede boek in deze categorie mag genoemd worden 'De onzichtbare draad' van W.H. Kieviet (familie van onze beroemde C.Joh. Kieviet?). Dit boek is volgens de ondertitel een oorlogsverhaal voor jongens en het is verschenen in 1917 bij H.ten Brink in Arnhem. Wordt dit boek voor meisjes te griezelig geacht? Een avontuurlijk verhaal, waarin een familie wordt beschreven, die bij het uitbreken van WO I verspreid is over Nederland en België. De ene, zich in Nederland bevindende zoon Herman, moet in militaire dienst. De tweede zoon, Steven, wil vanuit Nederland gaan zoeken naar zijn vader en zuster, die in augustus 1914 in België zijn. Met zijn hond Jozef vertrekt hij naar Duitsland en komt na een aantal bloedstollende avonturen in Engeland terecht. Vader en zus Lena zijn vanuit België naar Zuid-Frankrijk gevlucht. Moeder kan zich daar na een poos wel bij hen voegen. De, zich in Nederland bevindende zoon, Herman ziet af en toe wel zijn broer Steven in vreemde situaties langs zich heen gaan, maar kan hem nooit bereiken. In dit boek worden de gruwelen van de oorlog expliciet genoemd en beschreven.

Ook  C.Joh.Kieviet kon het niet laten en schreef een vrij bekend geworden boek, dat speelt in WO I en wel 'Het geheim van de Canadees'. Een uitgave van W.ten Have te Amsterdam uit 1917. Het is een avontuurlijk verhaal van een Duitse jongen die, nadat hij zijn ouders verloren heeft, een avontuurlijke tocht meemaakt met de Duitse handels-onderzeeër 'Deutschland'. Vader is aan het front gesneuveld, maar laat aan zijn zoon een brief na, die hij zelf van een gestorven Canadees heeft gekregen. De jongen moet om de opdracht van de brief te vervullen naar Canada gaan. Daarom verstopt hij zich aan boord van de onderzeeër en maakt de tocht van de 'Deutschland' mee. De tocht in 1916 van deze onderzeeër schijnt op waarheid te berusten. Het hele verhaal speelt in 1916, dus de V.S. en Duitsland waren nog niet in oorlog. 

Ook Floris van den Aemstel, bekend om zijn reeks boeken over de twee H.B.S.-ers Henk en Wim, heeft een boek geschreven, waarin WO I een vrij belangrijke rol speelt. De beide H.B.S.-ers zijn in dit boek al H.B.S.-er af en gaan op zoek naar een journalist die ze natuurlijk ook vinden. Deze mogen ze een beetje helpen bij zijn werk en in het kader daarvan horen ze van een andere journalist een verhaal uit de eerste Wereldoorlog, die dan al een jaar of tien afgelopen is. Het verhaal handelt over een transportschip voor Canadese troepen, dat gedurende de overtocht over de Atlantische Oceaan op een mijn loopt. 17 mannen overleven de ramp en spoelen aan op een eilandje ten noorden van Schotland. Ze worden de eerste tien jaar niet ontdekt en moeten proberen zich zo goed mogelijk in leven te houden. Het eilandje blijkt betwist gebied te zijn tussen Engeland en Noorwegen. Beide naties sturen er eindelijk een schip op af, maar ja de 17 Canadezen hebben het nu al 10 jaar voor Engeland bezet. Het boek bevat ook een aantal passage, die waarschuwen tegen het oorlogsgeweld en de nare gevolgen van dien.

H.Jongkees schreef 'Een visschersjongen in oorlogstijd', dat uitkwam bij Kemink uit Utrecht in de serie 'Altijd mooi'. Een zoon van een visser met de goed Hollandse naam Jan Jansen vaart met zijn vader op diens boot. De mobilisatie wordt afgekondigd. Maar men moet varen en vissen. Na twee jaar oorlog loopt het schip op een mijn. Door een Duits schip wordt de boot op sleeptouw genomen en meegenomen naar een Duitse haven. De schipper is gewond en hij en zijn zoon keren naar de thuishaven terug. Wel komen er steeds berichten binnen dat ook andere vissersschepen op mijnen zijn gelopen, maar vergaan zijn. Voor de kust vindt een treffen plaats tussen een Engels en een Duits schip. De Engelse boot zinkt en de geredden worden naar een Nederlandse haven gebracht. De Engelsen kunnen toch weer terugkeren naar hun eigen land. Ook een Duits getroffen schip wordt binnen gebracht met daarop een aantal gewonden. Een daarvan is de vader van een Duits vriendje van de hoofdpersoon Jan Jansen. In dit boek wordt de neutraliteit van Nederland sterk benadrukt.

Dan was er uit het Frans 'Jonge helden' van Leon Blanchin, dat door W.E. Pont werd vertaald en bewerkt. En uitkwam bij 'Ad Usum Mundi ' uit Amsterdam. Een verhaal vol strijd en heroïek van twee jonge Fransen en nog een aantal kameraden. De loopgravenoorlog van WO I wordt uitgebreid beschreven en ook gevechten van man tegen man worden niet geschuwd. Vele andere facetten van deze strijd komen ook aan de beurt, de zeeoorlog in de Middellandse zee en de nog primitieve luchtslagen. Het boek is geïllustreerd door Jan Wiegman. 

Minder bloeddorstig zijn de drie boeken van Ethel Turner, waarin de Eerste Wereldoorlog een belangrijke plaats inneemt. Het zijn meisjesboeken, die een geheel vormen. Het boek 'De Bengel', uitgekomen bij Bruna en vertaald door Nienke van Hichtum beschrijft de vlucht uit België van een Engelse dame en haar beide dochters. De jongste, Bridgid, moet van een kostschool thuiskomen en wordt verrast door de Duitse overval. Na een akelige tocht, waarbij ze ook nog een Belgisch kind uit de handen van de Duitsers weet te redden, gaat ze met haar familie naar Australië. Op reis ontmoet ze een familie met twee zonen, waarvan de oudste al snel de oorlog in Europa ingaat en spoedig sneuvelt. Dan neemt ook de jongste, de onhandige 'Bengel' dienst en vertrekt overzee. In het tweede boek 'Eene verloving', dat in 1918 bij Bruna uitkwam, wordt de lange wachttijd van de achtergeblevenen beschreven. Uiteindelijk mag Bridgid met de moeder van de 'Bengel' mee naar Marseille in Frankrijk. De jonge held komt daar ook en er is een, zij het voorlopig, happy end. Het derde boek 'Bridgid en de Bengel' speelt in Parijs, waar Bridgid met de moeder van de Bengel verblijft. Om de tijd nuttig te besteden werkt ze daar een poosje in een kinderhuis. De verloofde van haar zuster,Milicent, komt zwaar invalide uit de strijd terug. Maar aan het eind vinden de hoofdpersonen, Bridgid en de Bengel, elkaar weer terug en is ook de oorlog voorbij.

Tweede categorie

De tweede categorie is niet zo uitgebreid. Slechts twee boeken heeft schrijfster dezes daarvan tot nu toe ontdekt. En wel van R.L.Lubberts 'Op de Heeze' geïllustreerd door Willem Hardenberg, uitgegeven door Kluitman en 'Anton Peslers', ook van Lubberts en geïllustreerd door Frans van Noorden, uitgegeven door Bruna. Beide boeken spelen in Drente en natuurlijk vlak bij de Duitse grens. Zwarte prijzen en smokkel vieren hoogtij in deze boeken, maar vooral in Anton Pesler wordt gewezen op het slechte van smokkelen. Wel wordt als reden opgegeven, dat Nederland zelf gebrek heeft aan levensmiddelen. In 'Op 'De Heeze' wordt een familie bestaande uit een oom Jaap een moeder Mieke en de hoofdpersoon Hein beschreven. De familie woont op een boerderijtje vlak bij de Duitse grens. Wel worden in dit boek het leven op de boerderij en de kwajongensstreken van Hein verteld, maar WO I speelt toch een vrij belangrijke rol. Men heeft verwanten over de grens en een Duitse neef schrijft aan de Hollandse familie een brief, waarin hij een veldslag beschrijft. Smokkelarij wordt veroordeeld, maar oom Jaap raakt er toch bij betrokken omdat hij een kennis voor de commiezen verbergt. Ook Hein gaat een paar maal de grens over om de familie daar wat voedsel te brengen. Hij raakt bij zijn laatste tocht gewond en wordt opgenomen en verzorgd door een schilder. Deze ontdekt het tekentalent van de jonge Hein en alles loopt goed af. Opmerkelijk in dit boek is de felle pro Duitse instelling van de oom Jaap. 

Derde categorie

Van de derde categorie is wel een aantal boeken te vinden, waarin de moeilijkheden voor de Nederlandse bevolking, gedurende WO I., worden aangegeven, maar deze worden vaak slechts zijdelings genoemd. Een boek waarin expliciet het uitbreken van deze oorlog wordt genoemd en de gevolgen ervan is 'Lies en Loek op de H.B.S.' van Tine Brinkgreve -Wicherink. Maar alleen in de 1ste en 2de druk. Daarna is het hele stuk, dat handelt over WO I weggelaten en er is een geheel ander stuk voor in de plaats geschreven. In de eerste twee drukken komt WO I. wel voor. De chaotische augustusdagen; een reis vanuit een vakantieplaats naar huis is moeizaam. De mobilisatie in de woonplaats, waar soldaten met heimwee worden ontmoet. Een gemobiliseerde zoon van een vriendin van de moeder, komt op bezoek. Uiteindelijk zijn er financiële moeilijkheden, waardoor de moeder gedwongen is 'een heer op kamers' te nemen. De oorlogsproblemen worden, zoals reeds gezegd, vaak zijdelings aangegeven Er moeten meer boeken van dit genre zijn, maar die zijn de schrijfster van dit artikel niet bekend. 

Zo is er toch wel een aantal boeken te vinden, waarin WO I. een min of meer belangrijke rol speelt. Maar van een hoeveelheid, zoals over WO II is geschreven is, kan men niet spreken.

Enige conclusies

Natuurlijk zijn er ook aspecten te noemen, die in WO II wel belangrijk waren, maar waar in WO I nog geen sprake van was. Te denken is aan verzet, onderduiken, kampen en deportaties Af en toe komt men wel iets in die geest tegen. B.v.. In ' Op de Heeze' komt wel een ontsnapte Franse krijgsgevangene voor, die veel belangstelling in het dorp ontmoet. In WO II zou de komst van een ontsnapte krijgsgevangene zorgvuldig worden geheim gehouden! Ook in 'Jonge helden' komt de ontsnapping uit krijgsgevangenschap voor. Wel is opvallend, dat het internationaal reizen in deze tijd toch nog wel mogelijk was. Vanaf Nederland kon men via Engeland, zij het met enige moeilijkheden, wel in Zuid Frankrijk komen, zoals in 'De onzichtbare draad' wordt beschreven. Engelse oorlogsschepen mochten 24 uur in een neutrale haven verblijven, zodat ze de geredde Engelse zeelieden uit 'Een visschersjongen in oorlogstijd' weer mee konden nemen. Hoewel ik aan dit laatste feit enigszins twijfel. Werden dergelijke geredden niet geïnterneerd? 

Zijn deze boeken alle triviaal te noemen? Sommige zijn wel erg volgepropt met heldendaden en onwaarschijnlijke gebeurtenissen komen vaak voor. Maar in een boek, over welke oorlog dan ook, kan men daaraan niet ontkomen. En in elke oorlog komen immers bizarre situaties voor. De beschrijving van het leven van de diverse sociale klassen van zo omstreeks 1910 tot 1918 is over het algemeen niet slecht. In alle hier genoemde boeken wordt de oorlog wel als zodanig verafschuwd. Gruwelijke gebeurtenissen dienen hiervoor als voorbeeld. Waarschuwingen voor een herhaling van dergelijk gebeuren komen in elk boek voor. 

Als er meer jeugdboeken bekend zijn waarin de Eerste Wereldoorlog een belangrijke plaats inneemt, dan zou de schrijfster van dit artikel dat graag vernemen.


M. Schuddeboom
Veenhuizerveldweg 47
3881 RE Putten
tel. 0341-491578

e-mail : m.schuddeboom@nrcnet.nl  

Bovenstaand artikel is met vriendelijke toestemming van de schrijfster overgenomen uit het tijdschrift 'Boekenpost'.


terug naar Jeugdboeken